Biografie Bulletin. Jaargang 20
(2010)– [tijdschrift] Biografie Bulletin– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 85]
| |
Wie en wat
| |
[pagina 86]
| |
cluderen dat het verlangen naar liefde niet alleen het grote thema was in haar romans en verhalen, maar ook in haar persoonlijk leven. Zij was een sterke maar ook kwetsbare persoonlijkheid, met een, zoals ze het zelf uitdrukte, ‘groot verlangen naar vervoering’. Zij projecteerde dat verlangen met onstuitbaar elan steeds op anderen.
Waarom juist een biografie van deze vrouw?
Het heeft even geduurd voor ik echt door haar geboeid raakte. De uitgever Vic van de Reijt had haar al eens onder mijn aandacht gebracht. Hij had dagboeken van haar gelezen en was daar heel enthousiast over. Hij bracht me op het spoor van Marja Pruis, die in haar boek De Nijhoffs of de gevolgen van een huwelijk een hoofdstuk wijdde aan de clandestiene verhouding tussen Van Lokhorst en Martinus Nijhoff. Die twee schreven elkaar in de jaren twintig hartstochtelijke brieven waarin zij elkaar vergeleken met Valmont en markiezin de Merteuil uit Les liaisons dangereuses. Die liefdescorrespondentie tussen ‘Pems en Pom’Ga naar eind1 is vrijwel geheel bewaard gebleven. Ik vond het prachtig materiaal en besloot dat ik meer over haar te weten wilde komen.
Welke vragen wil je beantwoorden?
Waarom stopte Van Lokhorst plotseling met het schrijven van romans, terwijl dat schrijverschap voor haar toch erg belangrijk was? Zeker is, dat ze met een fundamenteel gebrek aan zelfvertrouwen kampte. Ze trok zich veel aan van het oordeel van de literaire kanonnen in haar omgeving. Toen zeEmmy van Lokhorst (1891-1970)
Nijhoff voor het eerst ontmoette, had hij net een recensie geschreven over een van haar boeken: ‘...banaal, zonder diepte, gemakkelijk en grof.’ Vernietigender kon het niet, maar het was voor Van Lokhorst geen belemmering om verliefd te worden op de dichter. Uit niets blijkt dat die kritiek haar gekwetst heeft. Zij was zo onzeker over de kwaliteiten van haar werk, dat zij haar eigen vijand werd. In een van haar dagboeken schrijft ze dat vrouwen nooit zo goed als mannen kunnen zijn. Zelf beweert ze dat haar onvruchtbaarheid een rol speelt bij de beslissing nooit meer romans te schrijven. In een brief aan hartsvriendin Anna Blaman schrijft ze: ‘Zodra ik een “vertelling” wil concipiëren overvalt mij een walging, een malaise die me bijna doet stikken. Het zal misschien verband houden met mijn kinderloosheid. Dit is een thema dat ik met niemand heb kunnen bespreken. De onvruchtbaarheid heeft iets even huiveringwekkends voor me als melaatschheid.’ | |
[pagina 87]
| |
Ergens anders suggereert ze dat ook haar onrust in de liefde te wijten is aan haar ongewenste kinderloosheid. Ook tijdens haar drie huwelijken onderhield zij amoureuze betrekkingen met anderen, zowel met mannen als met vrouwen. Die huwelijken, met schrijver-journalist Hans van Loon, componist Willem Pijper en psychiater Paul Hugenholtz eindigden alle drie in pijnlijke scheidingen, waarover ze uitgebreid verslag doet in brieven en dagboeken. Deze vrouw heeft zo verschrikkelijk geleden onder de liefde, en toch ging zij elke keer weer nieuwe relaties aan. Het was haar kracht en haar zwakte, veerkracht tegenover de wens tot behagen. Zoals Hella Haasse, die haar gekend heeft, tegen me zei: ‘Zij was een seksueel aantrekkelijke vrouw, en wilde dat ook zijn.’ Toen Van Lokhorst jong was voerde ze op feesten zwoele dansen uit. Vestdijk schreef daarover in Gestalten tegenover mij. Een van haar minnaars, Karel Wasch, wijdde in de jaren twintig een sleutelroman aan zijn relatie met Van Lokhorst: De Salon Salome. Ze was een voor haar tijd en omstandigheden vrijgevochten persoonlijkheid. En ze was koket. Ik denk dat ze een groot temperament had, en dat haar behaagzucht haar vaak in de weg zat. Had ze wat meer van dat temperament in haar schrijverschap geïnvesteerd, en wat minder in mannen en verliefdheden, dan had ze zich misschien ontwikkeld tot een auteur van belang. Ze had talent, ze had goede kritieken, maar ze bleef ambivalent tegenover dat schrijverschap. Misschien heeft ze ook te veel tijd geïnvesteerd in de dagboeken die ze bijna haar hele leven bijhield. Die dagboeken waren voor haar meer dan een emotionele uitlaatklep. Ze schreef ze ook met het oog op eventuele publicatie, want ergens vergelijkt ze zichzelf met Marie Bashkirtseff, de jonge Oekraïense die aan het einde van de negentiende eeuw beroemd werd door haar nagelaten dagboeken.
Wat zijn de knelpunten bij het schrijven van deze biografie?
Het blijkt lastiger dan ik dacht om alle dagboeken te traceren. Na haar dood is Van Lokhorsts literaire nalatenschap te koop aangeboden. De meeste brieven zijn gekocht door het Letterkundig Museum, waar ze horen, maar het grootste deel van de dagboeken is geveild en in handen van particulieren gekomen. Een van die particulieren reageert totaal niet op mijn vriendelijke pogingen tot contact. Dat is erg vervelend, vooral omdat die dagboeken een belangrijke periode uit Van Lokhorsts leven beslaan. Ik ben overigens nog volop bezig met de research. Maar ik ben al wel zover, dat ik weet welke accenten ik wil leggen. Het belang van Van Lokhorst is niet gelegen in haar literaire nalatenschap. Haar romans doen in deze tijd gedateerd aan. Maar wie haar vooral beoordeelt als femme fatale, doet haar ernstig tekort. In literair-historisch opzicht heeft zij een belangrijke rol gespeeld. Niet alleen als ‘vraagbaak, helpster en toevlucht van literair Nederland’, zoals bij haar afscheid van de Vereniging van Letterkundigen werd gezegd, maar ook als gezaghebbende literatuur- en toneelcritica. Bovendien is haar nalatenschap een rijke bron van kennis over het literaire leven in de eerste helft van de vorige eeuw. |
|