gemeenplaats dat uit hartstochtelijk lijden de mooiste kunst kan ontstaan.
Acteur Ben Whishaw slaagt erin als Keats zowel jeugdige onbevangenheid als twijfel en grilligheid uit te stralen. Zijn voortijdige einde als tuberculosepatiënt wordt echter helaas aangekondigd door het gebruikelijke hoestje.
Verder is Bright Star een film vol zichtbare romantiek, waaruit Campions voorliefde voor krachtige beelden spreekt. Dat levert oogstrelende, zorgvuldig geënsceneerde plaatjes op, zoals het openingsshot van de glooiende velden van Hampstead, waar alle vrouwen blijkbaar op hetzelfde tijdstip de witte was aan de lijn lieten wapperen, en het beeld van Fanny die door een ruisend lavendelveld loopt in een bijpassende blauwe jurk. Het jongere filmzusje van de bruinogige, sluikharige brunette Fanny ziet er schattig uit, maar lijkt met haar rode kroeshaar en blauwe ogen afkomstig uit een heel andere familie dan de Brawnes. Het sentiment in deze film is vooral voelbaar in de scène waarin Fanny het nieuws over de dood van haar geliefde te horen heeft gekregen. Ze zijgt snikkend ineen terwijl ze met haar wijsvinger op haar hart tikt: ‘I can't breathe, I can't breathe’. Dan roept ze om haar moeder, ‘gelijk een gewond dier’.
De film eindigt met de mededeling dat Fanny de rest van haar leven aan haar verloren geliefde zou blijven denken en de ring die hij haar schonk niet meer af zou doen. De suggestie dat Fanny een treurende vrijgezel bleef, klopt niet. Ze trouwde en kreeg drie kinderen. Maar een goede film over een romantisch icoon kan best een paar clichés hebben.
Bright Star (uk, Australië, Frankrijk, 2009). Regie en scenario: Jane Campion. Met: Abbie Cornish, Ben Whishaw, Paul Schneider, Kerry Fox, Antonia Campbell-Hughes.