Tera de Marez Oyens (1932-1996)
de jaren zestig, toen er specifieke belangstelling ontstond voor de positie van vrouwen in de kunsten. In 1982 telde het Genootschap van Nederlandse Componisten (Geneco) 2,6 procent vrouwelijke leden; dit aandeel groeide naar 7 procent in 1994 (20 vrouwen op 283 leden). De ledenlijst op de website http://www.geneco.nl/ laat zien dat er in 2008 113 componisten zijn aangemeld, onder wie 16 vrouwen. Dit betekent dat het vrouwelijk aandeel 14 procent bedraagt, een duidelijke groei ten opzichte van voorgaande decennia.
In 1985 werd de werkgroep Vrouw en Muziek opgericht. De oprichters waren van mening dat de muziek van vrouwelijke componisten te weinig werd uitgevoerd en daarom niet de aandacht en waardering kreeg die ze verdiende. In 1987 ging de werkgroep verder als stichting. Inmiddels heeft de stichting vele publicaties op haar naam staan en uiteenlopende evenementen georganiseerd, zoals een congres, debatmiddagen en salons. Het hoogtepunt was het internationale congres over vrouwen en muziek dat in 1991 in Utrecht werd gehouden. Stichting Vrouw en Muziek heeft een documentatiecentrum opgebouwd waarin partituren, naslagwerken, knipselmappen, audiovisueel materiaal en foto's worden bewaard. Het centrum maakt deel uit van het Internationaal Informatiecentrum en Archief voor de Vrouwenbeweging (iiav). In 2005 richtte de Stichting zich ook op muzikale performancekunst, geïmproviseerde muziek en het werk van vernieuwende, vrouwelijke musici.
Een vrouw die een belangrijke rol heeft gespeeld bij het promoten van de Stichting Vrouw en Muziek was Tera de Marez Oyens (1932-1996).