De manier waarop de overige bandleden van Joy Division in beeld zijn gebracht is nog erger. In de film zijn ze gereduceerd tot een karikaturaal stelletje dat niet veel meer produceert dan een paar zenuwachtige scheten voor hun eerste televisieoptreden. Grappig bedoeld, maar het doet onrecht aan deze jongens, die in werkelijkheid verantwoordelijk waren voor de muziek waarvoor Curtis de teksten leverde. En die na zijn dood verder zouden gaan als New Order, een band die een enorme invloed heeft gehad op de ontwikkeling van de dancemuziek.
Ian Curtis wordt neergezet als een getalenteerde, getroebleerde jongen met wie je je best wilt identificeren en die in de valstrikken van een leven als beroemdheid terechtkomt. De werkelijkheid was grilliger en ongrijpbaarder, maar zo diep gaat ‘Control’ niet. De film is een ode aan een popidool en wat dat betreft gaat Corbijn heel doeltreffend te werk met al die sfeervolle, beladen shots. De optredens van de band zijn goed in beeld gebracht en de vervoering van het publiek is voelbaar. Sam Riley, die Ian Curtis speelt, ís Ian Curtis. Ook de afgemeten motoriek die zijn optredens kenmerkte heeft hij zich eigengemaakt zonder dat het eruitziet als een goedkope imitatie. Een nadeel is dat ‘Control’ te lang duurt en te veel wil laten zien. De film is niet teruggebracht tot de essentie, de biografie van Deborah Curtis wordt naverteld en er is geen keuze gemaakt tussen het liefdesverhaal en het verhaal van de band, tussen belangrijke en minder belangrijke personages; alles ‘moet nog even in beeld worden gebracht’; het is een invuloefening geworden die niet is losgezongen van de maker of het onderwerp. ‘Control’ is geen film over Ian Curtis en werpt ook geen kritische blik op het verschijnsel Ian Curtis. Het beeld dat bewonderaars al van Curtis hebben wordt door Corbijn bevestigd - de mythe wordt gemythologiseerd; er wordt niet mee afgerekend.
‘Control’ (Nederland, 2007). Regie: Anton Corbijn. Scenario: Matt Greenhalgh. Met Sam Riley, Samantha Morton, Alexandra Maria Lara.