Hilda Verwey-Jonker 1908-2004
ker was een veelzijdige onderzoeker, denker, publicist en deelnemer aan maatschappelijke discussies. Deze hoedanigheden combineerde zij met verantwoordelijke functies in het openbare leven. Bovendien vervulde zij vaak een pioniersrol. Al in de jaren dertig was zij een van de weinige vrouwelijke sociaal-democraten die een rol van betekenis speelden in politieke discussies. Ze was de eerste afgestudeerde socioloog in Nederland, lid van de Eerste Kamer en de eerste vrouw in de Sociaal-Economische Raad (
ser). In de
ser vervulde ze een prominente rol in de periode waarin de verzorgingsstaat tot ontwikkeling kwam. Ze leverde belangwekkende bijdragen aan de emancipatie van vrouwen en ouderen, schreef een gezaghebbend proefschrift over armoede en speelde een voortrekkersrol op het terrein van de vluchtelingen- en migrantenproblematiek. Haar aandacht bleef daarbij niet beperkt tot Nederland, maar strekte zich uit tot de Verenigde Naties. Al vroeg onderkende ze de meerwaarde van Europese samenwerking. Als blijk van erkenning werd deze strijdbare intellectueel een eredoctoraat toegekend. Na koningin Wilhelmina en Juliana was zij een van de eerste Nederlandse vrouwen die deze eer te beurt viel. Nog bij leven werd een onderzoeksinstituut naar haar vernoemd.
Wie naar deze wapenfeiten kijkt moet constateren dat de foto uit 1945 welhaast exemplarisch genoemd mag worden voor de loopbaan van Verwey-Jonker. Ze was immers vaak de eerste, de enige of een van de weinige vrouwen in politieke en bestuurlijke gremia: of het nu de Eindhovense gemeenteraad, de Eerste Kamer, de ser of de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties betrof. Hierdoor verkeerde ze decennialang in de directe nabijheid van politieke machtscentra. Deze pioniersrol spreekt tot de verbeelding en roept vragen op: hoe en waarom heeft zij deze voortrekkersrol kunnen en willen vervullen? Wat heeft zij bewerkstelligd? En waarom is ze niet de eerste Nederlandse vrouwelijke minister geworden, maar bleef ze wel steeds in de directe nabijheid van de macht? Deze kwesties vragen om nader onderzoek en inspireerden mij om een biografie te schrijven. Dat er nog weinig wetenschappelijk onderzoek naar haar leven en werk is verricht, waardoor de beeldvorming sterk bepaald is door haar autobiografie, vormde een extra motivatie.