Een koffertje van geluk
Joke Linders nam het leeuwendeel van het boek voor haar rekening. In bijna driehonderd pagina's - waarvan meer dan de helft uit illustratiemateriaal bestaat - beschrijft ze hoe Hendrick Magdalenus Bruna zich ontwikkelt van een klein, mollig ventje met klompvoetjes tot ‘de vader van Nijntje’.
Een aardige anekdote is de geboorte van Mijn, die plaatsvond tijdens een vakantie in Egmond aan Zee. Zoals dat bij de echte groten der aarde gaat, werd deze geboorte voorafgegaan door een annunciatie:
dag mevrouw Pluis, riep toen de engel
luister goed naar wat ik zeg
u krijgt een lief klein wit konijntje
toen vloog het engeltje weer weg
Het was 1955, een ster was geboren.
Anders dan de naam ‘Nijntje Pluis’ doet vermoeden wilde Bruna geen pluizig konijn neerzetten. Zijn creatie moest platter zijn, eerder het idee van een konijn verbeelden dan een realistische hangoor. Geïnspireerd door Léger en Matisse ontstond de Nijntje die later als Miffy de wereld zou veroveren. Ze zou in 1963 nog wel een facelift ondergaan - houding en vorm van Nijn worden strakker, fierder, zelfbewuster - maar in grote lijnen was het konijn dat meer dan vijftig jaar de muze van Dick Bruna zou zijn een feit.
Linders geeft een voorzichtige verklaring voor de populariteit van Bruna's prentenboeken: de rechtstreekse blik van zijn figuren maakt niet alleen een betrouwbare, oprechte indruk, ze vraagt ook om aandacht en sympathie. Bovendien bieden Bruna's verhalen veiligheid en bescherming - ze kennen stuk voor stuk een happy end. ‘Ik wil kinderen uitzicht bieden,’ zegt Bruna hier zelf over, ‘een koffertje met geluk meegeven.’
Linders doet meer dan het beschrijven van de prentenboekenmaker Bruna. Ze plaatst zijn werk in een breder perspectief door in de tekeningen invloeden aan te wijzen van Mondriaan, Matisse en Mirò. Door beschouwingen over de kunstenaar af te wisselen met zijn levensverhaal laat ze zien hoe leven en werk samenhangen. Ze beschrijft Bruna's jeugd in Zeist, de oorlogsjaren, waarin de familie enkele jaren onderdook in Breukelerveen, Dicks onwil om in de voetsporen te treden van zijn vader als directeur van uitgeverij A.W. Bruna & Zoon, zijn groeiende belangstelling voor vormge-