Familieclan
Van welk navigatie-instrument heeft Van Wijnen bij de compositie van zijn boek gebruik gemaakt? Uit de bronverwijzingen blijkt dat twee bronnen richtinggevend geweest zijn: een ongepubliceerde autobiografie van Van Beuningen en het dagboek van diens oudere broer Willem. Van Wijnen had dan ook veel minder materiaal tot zijn beschikking dan Metze.
shv heeft weliswaar een bedrijfsarchief, maar dat is qua opzet en beheer niet te vergelijken met dat van Philips. Daarin weerspiegelt zich ook het verschil tussen de beide ondernemingen. Philips heeft zich als beursgenoteerde onderneming altijd moeten onderwerpen aan publicatieplicht, hoe beperkt die in de aanvangsjaren ook geweest is. Dit in tegenstelling tot de volstrekte beslotenheid waarin de affaires van
shv hun beslag kregen. Van Wijnen meldt dat bij
shv onder het regiem van F.H. Fentener van Vlissingen zelfs aandeelhouders een gebrekkig inzicht geboden werd in de resultaten. Ter vergadering werden stukken getoond die na de vergadering weer ingenomen werden. Wat Van Wijnen overigens niet opheldert is waarom de Van Beuningens, D.G. voorop, zich daarin geschikt hebben, voor een biograaf toch een aardige kwestie. Dat is te meer een gemiste kans aangezien de twee hoofdrolspelers in het conflict, D.G. van Beuningen en dr. F.H. Fentener van Vlissingen, zich uitstekend lenen voor een vergelijking in hun manier van optreden. We moeten het doen met de constatering dat de Van Beuningens tegen zwager Frits niet opgewassen waren: ‘De Van Beuningens mogen dan aanzienlijke aandelenmacht
hebben, die macht is weinig waard als de (in Utrecht zetelende) directie zich in de praktijk niets aan de aandeelhouder gelegen laten liggen.’
Veel materiaal, ook wat de zakelijke affaires betreft, heeft Van Wijnen moeten ontlenen aan het familiearchief van de Van Beuningens waartoe hij vrijelijk toegang had, alsook aan verspreid over de familie voorkomende stukken die hij heeft weten achterhalen. Van Wijnen heeft daarbij het geluk gehad dat in het gevecht tussen de familieclans meermalen de hulp van arbiters en andere buitenstaanders is ingeroepen. Aan hun rapportages, die zich in de familiearchieven bevinden, is het te danken dat cruciale zakelijke informatie boven tafel kwam, die anders aan het zicht onttrokken zou zijn gebleven.
Bestaande biografieën of biografische