Kerk en klasse
Voor biografici bieden deze typeringen als contextuele noties hier en daar prikkelende aanknopingspunten, maar met mate. Via zo'n begrippenkader kunnen biografen bijvoorbeeld worden behoed voor de neiging te verzanden in conceptloze anekdotiek. Kenschetsen van historische omslagen vormen hoe dan ook een nuttig instrumentarium om die valkuil te omzeilen. Daarmee is beslist niet gezegd dat Beckers generatie-theorie voor zoete koek geslikt moet worden. Zijn idee om de typering van een bepaalde generatie op te hangen aan ‘geboorten-cohorten’ die zouden gelden voor een hele landsbevolking, is een zwaar generaliserende en daarmee weinig vruchtbare operatie. De constatering dat een mens tijdens zijn jeugd is blootgesteld aan schokkende gebeurtenissen, impliceert nu eenmaal niet vanzelfsprekend dat die jeugdervaring tot iemands dood toe zou moeten doorwerken.
Beter zou het zijn om van de constatering een probleemstelling te maken. Wetenschappers en biografen moeten systematisch nagaan, hoe personen de ‘major events’ uit hun jeugd verwerken en hoe zij de herinnering eraan koesteren. Ook is het belangrijk om uit te zoeken welke personen of groepen zich door historische processen uit hun jeugd ingrijpend lieten beïnvloeden. Het is immers niet waarschijnlijk dat die beïnvloeding voor alle bevolkingsgroepen in gelijke mate zou gelden. Differentiatie van groepen leeftijdsgenoten op grond van zaken als godsdienst of sociale positie is noodzakelijk, vóórdat het begrip ‘generatie’ als theoretisch concept op tafel komt. Bovendien is een uitgesproken subjectieve aanpak van de generatie-problematiek gewenst.
Op dit punt komt - in wisselwerking met de sociologie - de biografica zèlf als hulpmiddel om de hoek kijken. Want op grond van de analyse van grote aantallen individuele levenslopen kan een bepaalde ‘leeftijds-cohort’ strakker omlijnd worden. Dus niet het tijdsbestek van de jeugd als zodanig, maar veeleer gezamenlijk doorgemaakte, concrete ervaringen - zoals politieke acties of een collectief beleefde jeugdcultuur - bestempelen een ‘sociologische groep’ tot een afzonderlijke generatie.