Biekorf. Jaargang 103
(2003)– [tijdschrift] Biekorf– Auteursrechtelijk beschermdOns heren bloet, 1311In zijn kleine boekje Het Heilig Bloed te Brugge dat A. Viaene samen met B. Janssens de Bisthoven uitgaf in 1976 suggereerde hij reeds dat de ostensio, het tooghen van de reliek, vanaf 1311 plaats vond. De uitgave van de Rekeningen van de stad Brugge (1280-1319), tweede deel, ed. C. Wyffels en A. Vandewalle, 1997, zegt nu duidelijk dat vooreerst de Baseliskerk à 964 £ werd opgeknapt o.m. een nieuwer glasvenstre à 10 £ (blz. 1389); en dat Martine den beeldemakere à 11 £ een siborie maakte daer Ons Heren bloed in was omme ghedraghen (blz. 1388). Tevoor had hij al een schrijn gemaakt om ons Heren bloet daer in te staen, 1307, en in 1311 1 vate daer men de syborie in ghezet heeft. Hij fabriceerde bovendien 2 zetelen die staen, daer men Ons Heren bloed tooght, de tooghvensteren van Viaene. Heel opmerkelijk is bovendien dat de stad in 1307, door de stadswercman Claise Groetweerk, een schrijn had laten maken à 236 £ 14 sc. te beslane door den slotelmakere Janne van Maldeghiem, die daarna het | |
[pagina 188]
| |
schrijn kant en klaar naar Sint-Baselis bracht, 1308; waar het in 1309 een tabernakele en sendale, fijn linnen eromheen, kreeg. Dit schrijn daermen Ons Heren bloet in doen zoude, kreeg pas in 1311 van Janne van Maldenghiem de 7 sloten à 21 £ (blz. 1388) om het veilig te kunnen achterlatenGa naar voetnoot(1) of in ommegang ronddragen. Ondertussen was wel de sendale opgeschilderd geraakt; het vat, gemaakt door Martine, versierd door Benjamin à2£;en keerde de stad een gratuïteit uit van 1500 £ aan den cardenael van der Columne en zijn klerken Calise en Gillise, over hun pine den ommeganc te ghecrighene van Ons Heren Bloede (blz. 1376), later dus dan Viaene dacht. Voor het jaar 1311 waren naast de 6 abten (Doest, St.-Andries, Soetendale, Oudenburg) ook 13 abden in West Vlaenderen (Duinen, Sint-Bertijns, Sint-Vaas) geïnviteerd te comen om Ons Heren bloed te draghene (blz. 1355). Het was overigens hetzelfde jaar dat de Onser Vrouwen rive van Doornike 8 dagen te Brugge van kerken te kerken werd gedragen (blz. 1374), nadat de Stad een cappe en sindale en frinyen eromheen had gedrapeerd. Vier trompers begeleidden dit dragenGa naar voetnoot(2). Dewitte |
|