Nogmaals kriere
Op de vraag van Biekorf 2001, blz. 204 ‘Wat is een kriere?’ schreef de intussen overleden Pierre Kerckhof in Biekorf 2001, blz. 376 een antwoord. Zijn antwoord is correct: kriere is de dialectische uitspraak van kariere. De a werd in onbeklemtoonde lettergreep verdoft tot een doffe e en verdween ten slotte. Vgl. pruke < perruque, krek < correct, krote < carotte, sigrette < sigarette, treze < Thérèse, prochie < parochie.
Een karriere is een veldweg, een wagenweg. Het woord komt voor in Frans-Vlaanderen, in Veurne-Ambacht, Poperinge, het Kortrijkse, tussen Leie en Schelde en in Ronse. Het woord wordt ook gebruikt voor de toegangsweg naar een hoeve, eveneens in Frans-Vlaanderen en in het zuidoosten van West-Vlaanderen. Zie hiervoor: M. Devos- H. Ryckeboer, Woordenboek van de Vlaamse dialekten. Deel I: Landbouwwoordenschat. Aflevering 1. Akkerland en weiland, Gent, 1979, blz. 197-201. Het woord karriere is eigenlijk het Picardische woord carrière, dat beantwoordt aan Oudfrans charrière, wagenweg, een afleiding van het Latijnse woord carrus, kar, wagen. Het Picardisch heeft nl. de Latijnse k niet verschoven tot een ch (zoals het Frans). Vandaar de Picardische car en de Nederlandse kar. Vandaar ook de familienaam Carton uit Picardisch car(re)ton, d.i. Oudfrans charreton, voerman.
In de Westhoek heet de voerman nog altijd een kartong. En als wij nu die karriere met de ie van bier uitspreken, dan is dat geen spellinguitspraak. M.a.w. we zeggen in het West-Vlaams niet karriere omdat we dat woord volgens onze Nederlandse spellingsregels zo geschreven zien. We zeggen karriere met lange ie omdat ze dat in het Picardisch ook met ie uitspreken, nl. carrire. We hebben die uitspraak dus van onze Picardische buren (Henegouwen, Noord-Frankrijk) afgeluisterd en nagesproken. Zo zeggen we ook barriere, frontiere (grens), saladiere. En een bord is in het Kortrijkse nog altijd een assiete, zoals in Moeskroen (Picardisch) une assiete
F. Debrabandere