Tornooien op de Leie te Kortrijk en Menen
(19de eeuw)
De Bo geeft in zijn Westvlaamsch Idioticon interessante uitleg, klaarblijkelijk als ooggetuige, bij het werkwoord tournooien: ‘een steekspel houden op het water, fr. jouter sur l'eau, zoo jaarlijks, in de kermisdagen, arbeiders en sjouwers doen, vooral te Kortrijk en te Meenen’. Twee bootjes met elk vier roeiers varen tegen elkaar in. Op de voorplecht van allebei zit een man ‘te peerde’ op een ton, met een plank op de borst voor harnas ‘en eene lange pertse in de hand voor lancie’. Wie in het water wordt gestoten is de verliezer.
Veel meer vindt men over dit aloude gebruik bij Antoon Viaene in Biekorf 1977, blz. 5-12 (Watertornooien op Vlaamse rivieren). Naast Gent, Brugge, Aalst, Dendermonde en Rijsel - alles van de 14de tot de 18de eeuw - vermeldt Viaene op zijn beurt Kortrijk en... Komen (waar hij het in de twee geciteerde gevallen, annis 1589 en 1604, dan wel heeft over deelnemers uit Menen). Voor Kortrijk haalt hij een herinnering aan die teruggaat tot omstreeks 1875. Rond dezelfde tijd werd dus ook in Menen nog op het Leiewater getournooid, weten we nu dankzij De Bo (wiens Idioticon in afleveringen is gedrukt van 1870 tot 1873).
J.H.