Het kinderspel ‘Petrus en Paulus’
Rond de eeuwwisseling werd het volgende spel gespeeld door de kinderen van Eernegem. Een prop watte of fijne vlaskroten (klodden) werd in ieder neusgat gestopt zodanig dat er nog een heel einde uit de neus slingerde. Met een sulferstok werd er het vuur aangestoken. Het slachtoffer moest zo rap mogelijk zeggen ‘Petrus’ en de dot moest dan uit zijn neusgat vliegen. Hetzelfde met het tweede neusgat waar ‘Paulus’ werd gezegd om het tweede neusgat te bevrijden.
Was de speler niet rap genoeg, dan klom het vuur omhoog zodat zijn neus verbrandde. En heel de bende kwajongens lachte dan zoveel ze konden!
A.B.