Biekorf. Jaargang 92
(1992)– [tijdschrift] Biekorf– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 45]
| ||||||||||
De verkoop van de kostbaarheden van Petrus le doulx II
| ||||||||||
[pagina 46]
| ||||||||||
dit van Monseign. l'Eveque van ZusterenGa naar voetnoot(5). De stedelijke verzamelingen van Brugge bezitten momenteel van hem een zelfportret en twee stadsgezichten
Hoewel hij alleen muziek voor fluit bezat stonden in de woonkamers zowel een clavecimbaal als twee piano fortes. Daarnaast b.vb. twee maquettes van een zeilschip resp. een fregat met 44 kanonnen. Zijn 2 bibliotheekkasten (één ervan in acajou) bevatten een 700 titels: 479 in-8o, 102 in-4o en 121 + 3 in-fol., daaronder ook 18 + 1 van de eigen hss. en de 6 manuscripten van Kerchof. Daarnaast komen 80 nrs. + 32 verzamelbundels voor en 29 paketten tekeningen dessinés sur la nature même, een duidelijke meerwaarde omtrent 1800.
Het is natuurlijk belangwekkend te weten wat van dat alles bewaard bleef. Het Brugse Stadsarchief bezit van zijn handschriften
met daarnaast van J.A. Kerchof Hs. 444: Wetten der stede van Brugghe 1322-1683. Uit de veilingen Charles Gillès de Pélichy, 1972 en 1974 werden in de Catalogus van de handschriften een reeks nrs. samengesteld (628-638, 648-49) waarvan niet duidelijk is of de verzameling bezit was van Van Huerne of Ledoulx of van beide. In elk geval zijn bij die veiling de nrs. 209 en 210, de Collectio diversorum generum | ||||||||||
[pagina 47]
| ||||||||||
insectorum, 1755-1765; de Collection du règne végétal, arbres forestiers et fruitiers, 1790-1814, en het nr. 689, Collection du règne végétal, fleurs de tout genre met 70 platenGa naar voetnoot(7), aan de stadsbibliotheek geheel ontgaan. Gelukkig werd in de Godelieveabdij het hs. met 126 grisailles over de reliek - nergens anders gememoreerd - tot op vandaag bewaard, terwijl in de H. Bloedkapel het hs. De glorie der stad van Brugge uit 1794, nr. 87 van de in-fol. boeken op de veiling, kon worden verworven, hoewel Le Doulx ook de jaren 1686-1698 in een ander verband had beschreven.
Wat leert ons de inhoud van die bibliotheek verder nog? Vooreerst dat wellicht een oom van Petrus Le Doulx, Joseph Ledoulx, kapelaan was aan de Brugse Donaaskerk en in 1771 tabellarius, in welke hoedanigheid hij wiskundige tabellen had opgesteld van de bedelingen en eigendommen van de Kathedrale kerk en genoteerd in een hs. dat mee verkocht werd in 1808Ga naar voetnoot(8). En verder dat Ledoulx geheel in de stijl van zijn tijd Paul et Virginie las, en Les Liaisons dangeureuses, en Werther, Le Contrat Social, Essais sur la Botanique van ook J.J. Rousseau, en Emile en de Henriade. En wat Geschiedenis betreft P. Bor en d'Oudegherst en de Damhouder doch vooral J.F. Foppens, 1737 en J.N. Paquot, 1781 en G.F. Verhoeven, 1780. Opmerkelijk is ten slotte dat de pastor van het Begijnhof te Brugge Petrus Geschier te Antwerpen in 1643 een vertaling in dichtvorm uitgaf van de Mundi Lapis Lydius, ofte 's Werelds-Proefsteen in 't latijn beschreven door den Eerw. Heer Antonius à Burgundia (van Brugge)Ga naar voetnoot(9). A. Dewitte |
|