Liederen van Tisje Tasje
De censuurdienst van het Leiedepartement kreeg op 30 september 1811 een aanvraag van drukker Bonhomme uit Veurne, om ‘deux cahiers des couplets flamands’ (sic) te herdrukken voor Jan Baptist van Grevelynghe, wonende ‘dans la Basseville à Noordpeene’. Het betrof een oplage van 1000 exemplaren (Rijksarchief Brugge, Leiedepartement, 2683).
Jan Baptist van Grevelynghe, geboren op de Kesterhoek tussen Buisscheure en Noordpene (Frans-Vlaanderen) in 1767, verkocht tassen (om uit te drinken) en werd om die reden Tisje Tasje genoemd. De vrolijke knaap verkocht tussendoor ook zijn liedjes en zijn fratsen. In 1825, of daaromtrent, schreef hij het toneelstuk Den ondergang van Bonaparte ende herstellinge van den deugdryken ende beglansden christen koning Ludovicus den Achthienden, Koning van Vrankryk, als ook de Stantvastige Liefde van Constantinus en Fidelia. Over deze legendarische figuur, overleden te Noordpene in 1842, is al tamelijk veel geschreven. Alleen uit de meer recente literatuur halen we aan: het artikel Tisje-Tasje, de Frans-Vlaamse Tijl Uilenspiegel door B(ert) B(ijnens) in Frans-Vlaams Jaarboekje (van de Heemkring Bachten de Kupe), I, 1968, blz. 69-74, en het rijkgeïllustreerde boek La vie légendaire et véridique de Tisje-Tasje door Nicolas Bourgeois (Editions Westhoek, 1982). In deze studies vinden we geen liedjesuitgaven of heruitgaven vermeld, noch bij de genoemde Veurnse drukker noch bij anderen.
J. HUYGHEBAERT