Uitvoer van vodden (1799)
In juni 1799 (messidor VIII) kreeg citoyen Dubois de toelating om 20.000 quintalen vodden uit de haven van Oostende uit te voeren naar neutrale havens sous la condition de réimporter en échange pour une valeur de 100.000 frs. cotons en laine.
Sieur Questier, negociant in Oostende, die dit had vernomen, vroeg onmiddellijk ook een exportlicentie aan om 1.000 ton vodden te verschepen naar het buitenland. De vodden lagen al zes jaar in zijn magazijn opgestapeld. Maar de prefect van het Leiedepartement, die de uitvoervergunningen moest toestaan, verbood de vodden uit te voeren (jaar VIII) (Rijksarch. Brugge, Fr. arch. nr. 2.864).
Vodden waren ondermeer de gezochte grondstof voor papier en uiteindelijk een waardevol produkt. Het is niet geweten of er in de Franse Tijd nog papiermolens werkten in onze gewesten. De papiermolen van Roesbrugge, die rond 1760 in volle bedrijvigheid was (Biekorf 1952, blz. 41), wordt nergens meer vernoemd. Onze streken bevoorraadden dus waarschijnlijk de buitenlandse (Franse en Hollandse?) papierindustrie.
L.V.A.