Zeggeld en leggeld.
- Miel spreekt gaarne over al zijn geld, en als hij van de keunevellenmarkt komt verlegt hij in d'herberg, al sprekend, duizenden met de macht. Zegt de baas dan, al knipogend: Er is meer zeggeld dan leggeld.
Of: Er gaan veel zeggen in een zak, en nog meer in een peerdenande zonder bo(de)m.
G.P.B.