Biekorf. Jaargang 74
(1973)– [tijdschrift] Biekorf– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 94]
| |
Tempeliersgoed te Anzegem
| |
De parochie omstreeks 1720Heer van Anzegem is de abt van Sint-Pieters (Blandijnberg) te Gent, die ook patronus (begever) was van de pastorie en groot tiendheffer. De pastoor heeft zijn deel in de tiende overgelaten aan de abt van Gent in ruil voor een pensioen of kanonieke portie. Het pastoorshuis stond tot ca. 1690 dicht bij het kasteel, | |
[pagina 95]
| |
en dus een kwartier van de kerk; omstreeks 1720 werd een nieuwe pastorie gebouwd bij de kerk. De Sint-Janskerk heeft een hoge toren. De parochie is uitgestrekt en gelegen aan het uiteinde van het bisdom Doornik. In de richting van Waregem strekt ze een mijl ver, en een anderhalve mijl in de richting van Wortegem en Elzegem; deze drie parochies liggen onder het bisdom Gent. De oppervlakte mag op 1000 tot 1200 bunder worden geschat, doch ongeveer de helft is bosgebied. De pastoor heeft een kapelaan. Het aantal kommunikanten bedraagt nagenoeg 1500Ga naar voetnoot(4). | |
Kasteel en hofstedenOp een kwartier van de kerk staat het mooie kasteel van Hemstroot (Hemsrode), een belangrijke heerlijkheid met ruime rechtsmacht, eigen baljuw, wet en rechtspraak. Dit kasteel werd in 1660 herbouwd door Mr. Nicolas Du Jardin, geboortig van Breda. (In 1767 staat een Mynheer Caters als Heer van Emsrode bekend)Ga naar voetnoot(5). N.B. De oudste vermelding van deze heerlijkheid komt voor in het ‘Rentebouck van Ansighem... vernieudt ende ghemaeckt... int jaer 1556’. (RAGent, St. Pietersabdij, reg. nr. 409). Een paar rubrieken van dit boek noemen als begrenzing: tgoedt theemstroode (al. thymstrode). De spelling blijft ook later zeer gevarieerd: Emsrode, Emselrode, TemsrodeGa naar voetnoot(6). In de kaart van het graafschap Vlaanderen (pars media) door Nicolaes Visscher gegraveerd te Amsterdam in 1650 staat het kasteel met de naam Heemstroot. Uit de Amsterdamse kaarten zijn de namen overgenomen in de Franse kartografie; de kaarten ‘Diocèse de Tournay’ uitgegeven te Amsterdam (bij Mortier ca. 1700) en te Parijs (bij Hubert Jaillot 1725; een verbetering van de kaart van Sanson) herhalen de vorm Heemstroot, Hemstroot. En zo doen ze ook voor de andere Anzegemse plaatsnamenGa naar voetnoot(7). Het kasteel van Anzegem werd in 1900 eigendom van de | |
[pagina 96]
| |
gravin de Limburg Stirum, door erfenis van haar tante, mevrouw de Courtebourne-de Thiennes. De parochiale beschrijving van 1720 noemt de twee grote hofsteden die een eigen naam hebben: het hof van der Schaghen en het Goet Termoite, beide gelegen in de richting van Waregem. De andere hoeven hebben geen eigen naam. Nog op Anzegem ligt de heerlijkheid van Landerghem met een gelijknamige molen op de weg van Ingooigem. De bovengenoemde kaarten duiden twee molens aan, hetzij in tekening, hetzij met dubbele M. N.B. - Het goed ter Schaghen verschijnt als Heerlykheid vander Schaeghen in de 16e eeuw (DF. XIV 128). Latere teksten spreken van ‘palend west an de schaeghe (1649)’; ‘Ontfanckbouck vande heerlichede van Schaegen in de prochien van Anseghem, Tieghem enz. (1690)’. Als familienaam komt van der Scaghe reeds voor in 1372 in de kasselrij KortrijkGa naar voetnoot(8). De beschrijving eindigt met de vermelding van de kapel van Hebs Cruyce, gelegen op Anzegem, Vichte en Ingooigem. In deze kapel werd, krachtens een fondatie, wekelijks een mis gelezen. De kanselarij van Doornik volgt trouw de spelling van de bovengenoemde landkaarten: Hebs Cruyce. De Flou (XV 1165) heeft die vorm nergens ontmoet in zijn dokumenten, hij kent echter wel Upscruyse: ‘kapel en wijk te Ingooigem’. Bewijsplaatsen zijn: 1713 ‘de plaetse t'opscruijsse; de straete loopende van Upscruijsse naer het Cruijswatere’; 1760 ‘de Capelle van Upscruijsse’; 1763 ‘de wyck van t'opcruijsse’. De officieel (in de Posterijen) erkende gehuchten van Anzegem waren in 1872 (met aantal inwoners/huizen) de volgende: Anzegem (plaats) telde 147 inwoners in 25 huizen. Landergem, Steenbrugge en Winterken worden in 1872 niet als ‘erkende’ gehuchten opgegeven. A. Viaene |
|