Mengelmaren
Vlaggen en kokarden in 1795
Op 20 januari 1795 lieten de burgemeester - alsdan d'Hooghe de la Caugerie - schepenen en raad van Brugge een Proclamatie uitgaan op verzoek van de Franse militaire overheid, zijnde de Divisiegeneraal Michaud en de stadskommandant adjudant-generaal Lacombe.
De inwoners van de stad worden daarbij verzocht ‘om zoo haest mogelyk hun te voorzien van drycouleurige Vendels, ten fyne dat t'elke Decade de zelve aen eenen der Vensters van hunne Huyzen te hangen’.
De decadaire bevlagging van de huizen zou verplicht worden. Daarbij kwam nog de oproep waarbij ‘een ieder zoo Mans als Vrouwspersoon deser Stad nog verders aenzogt worden, om de drycouleurige Cocarde te willen draegen’.
Het laatste punt van de Proclamatie betreft de officiële viering die 's anderendaags, 21 januari, zou gehouden worden om de tweede verjaring te herdenken van de onhoofding van koning Lodewijk XVI; in de taal van de tijd: ‘het vieren van den laetsten franschen tyran’. De Proclamatie doet daarvoor een oproep tot medewerking:
‘Ende eyndelinge alzoo dat'er op morgen ten twaelf uren op de groote Markt dezer Stad, eene Feeste staet gehouden te worden, zoo worden alle de gone der Borgers, die eenige Musicale Instrumenten spelen, aenzocht hun op de voorzeyde Markt te laten vinden, ten eynde van met het Spelen van hunne voorzeyde Instrumenten, de gemelde Feeste te helpen vieren ende de vreugd van diere te vermeerderen’. (Affiche 32 × 32 cm gedrukt bij de Weduwe J. van Praet; partikuliere verzameling te Brugge).
De Proclamatie werd door de stadsomroeper op al de straathoeken uitgetrommeld en voorgelezen. 's Anderendaags werden heel de voormiddag de kerkklokken geluid en de beiaard speelde. Rond het officieel vertoon werden op de vier hoeken van de Markt piktonnen ontstoken. (Coppieters, Journal 328).
Te Gent gingen, op dezelfde dag, de autoriteiten in plechtige stoet van het stadhuis naar de Vrijdagmarkt en naar de Kouter. Op die twee pleinen stond alsdan een standbeeld van de Vrijheid, op het hoofd van de twee zinnebeeldige vrouwenfiguren werd een lauwerkroon geplaatst, terwijl vaderlandse en revolutionaire liederen weerklonken. (Claeys, Memorial de Gand 38).
Klokken en beiaard hadden ook te Gent dubbel werk daar ze tegelijkertijd het pas binnengelopen bericht van de inneming van Utrecht door het Armée du Nord van Pichegru moesten aankondigen.
c.b.