| |
| |
| |
Vraagwinkel
Respallienbosch
In 1754 overleed te Otegem Heer Ferdinand de Schietere. De rekeningen van het sterfhuis boeken uitgaven voor ‘bedevaarten voor de zielerust’ van de overledene, waarschijnlijk in uitvoering van het testament De bezochte bedevaartplaatsen zijn: Halle, Brugge, Deerlijk, Kortrijk en 't Respallienbosch. (Hist. de la famille de Schietere, door Albert de Schietere de Lophem, blz. 140). Is deze laatste plaats het Respaigne Busch, gelegen te Ruddervoorde, dat bij De Flou éénmaal vermeld wordt? En stond daar in de jaren 1700 een bedevaartkapel?
C.B.
| |
Flämisch-Flandrisch
Bestaat er een studie over de hoogduitse benamingen van Vlaams en Vlaming? Welke evolutie in betekenis en gebruik hebben de vormen Flamen, Flamländer, Flandrer, en flämisch-flandrisch doorgemaakt? En wat is het aktuele taalgebruik in de Duitse landen?
E.N.
| |
Zwart boekje
In 't zwart boekje staan is zoveel als: slecht aangeschreven staan, op een slecht blaadje staan. Vanwaar dit zwart boekje? het is niet overgenomen uit het Frans, dat spreekt van ‘être sur le livre rouge, marquer au livre rouge’.
H.V.S.
| |
Tenement
Is tenement als feodale term (gebied van een leen) eigen aan gebieden rond de (oude) taalgrens : Ronse, Komen. Of was de term ook elders in Vlaanderen gebruikelijk?
P.G.
| |
Nikolaas van Haringhe
In Biekorf 1910 (bijblad blz. IX) vind ik het grafschrift van Nikolaas van Haringhe, in 1705 overleden te Rome waar hij jarenlang deken van de confrerie der Vlamingen geweest was. Hij was afkomstig van Ieper, vermogend, groot weldoener van het St.-juliaanshuis. Was hij koopman of ambachtsman? daarover zwijgt het grafschrift. Is er van elders iets daarover bekend?
F.V.
| |
Amnestie in het Leiedepartement
In het jaar XIII van de Republiek werd een officieel besluit van amnestie afgekondigd in het Leiedepartement. Geëmigreerde en ondergedoken priesters werden daardoor van verdere vervolging vrijgesteld. Was dit besluit algemeen of voorzag het uitzonderingen?
D.l
| |
Paptaart
Ik ken wel (lijk ieder Westvlaming?) de zegswijze ‘lachen lijk 'n pap taarte’ (hartelijk lachen). Maar een paptaart als gebak heb ik nooit ge
| |
| |
proefd noch gezien. De Bo geeft er 'n soort recept van: ‘Taart van room, eiers, wittebrood en suiker tussen twee schellen van deeg op een pateel in den oven gebakken’. Erg typisch lijkt dat niet. En de optekening van De Bo is honderd (en meer) jaar oud. leeft paptaart nu nog anders dan in de spreuk?
G.M
| |
Pottebuizen
‘Dat zijn nog van die oude pottebuizen’, zo hoorde ik van een boer in Moerkerke. ‘Bij ons zijn dat kannebuizen, zei ik’... ‘Ja 't is 't zelfste’. Is kannebuizen als werkw. heden nog bekend? Gekannebuisd, gezegd van een stuk land, werd nog in de jaren 1880 gehoord in het Oudenaardse. (Kannebuis = draineerbuis).
G.L.
| |
Koppelvel
Was in de oude westvl. boerentaal het woord koppelvel bekend met de bet. van koppelband (band van palinghuid die stok en vlegel van de dorsvlegel verbindt)?
P.G.
| |
Hand
Zei de baas van zijn leerjongen: ‘Hij staat al 'n beetje naar m'n hand’, d.i. hij begint al te werken naar mijn zin (zoals ik het graag wil). Geh. te Oostkamp. Is die zegswijze overgedragen van het werktuig (een schaaf, een beitel naar z'n hand zetten) op de persoon?
R.D.
| |
Houcsetten
De term houcsetten komt meermaals voor in de dokumenten van het schrijnwerkersambacht te Brugge in de jaren 1500. Gezegd van scraghen: ‘twee scraghen met houcsetten; twee scraghen ongheraseirt met houcsetten’. Is houcsetten een znw. meervoud of een werkwoord? En wat is de technische betekenis van dit woord?
E.N.
| |
Rafoele
Wat betekent rafoele in plaatsnamen als Rafoelmeers, Rafoelstuk, Rafoelveld? Ook dim. rafoelken komt als plaatsnaam voor.
E.G.
| |
Het leen Galileen te Tielt
De Flou (IV 405) kent een leen Galileen bestaande uit ‘meersch ende bosch’ en gelegen te Tielt-Buiten; vermelding in dokumenten van 1636 en 1729. Vanwaar die bijbelse naam Galileen?
P.D.
|
|