Biekorf. Jaargang 55
(1954)– [tijdschrift] Biekorf– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdToponymica uit de kuststreek
| |
[pagina 48]
| |
moeten zijn. Het onderzoek van de vormen leidt duidelijk naar Rasewale of Raaswale, met zeer waarschijnlijk Raswale als oudste en oorspronkelijke vorm. In de 15e E. is het meestal Raeswale, zoals in de volgende tekst uit de ligger van Ter Doest van 1429Ga naar voetnoot(1): ‘...es die plaetse die men heet raeswale, en dit leicht bins dijcx (= achter de Evendijk), met den noorthende strecket an den hevendijc (Evendijk) die loopt van den grooten wale van raeswale oostwaert. Dies es de wale vorseit ende den muelen wal daer binnen ghemeten.’Ga naar voetnoot(2) In de 14e E. vinden we een paar maal Rossewale en Rassewale. In de 18e en 19e E. is het alleen nog Rossewale en Rassewalle en zo luidt de naam ook op de volksmond. Deflou schrijft ten onrechte Rassewalle, hetgeen CarnoyGa naar voetnoot(3) misleidt in zijn interpretatie van het eerste element: rasp, vlug, kolkend. Dus Rassewalle: ‘fossé au tourbillon’. Trouwens een oorspronkelijk Raskewale kon in het kustland geen Rassewale maar wel Raschewale worden. Terloops gezegd, het is om dezelfde reden dat de traditionele verklaring van Lissewege uit Liskewege (lisk = lisch) onmogelijk is, want dan zou het nu Lischewege zijn. De vorm Raeswale zou doen denken aan een persoonsnaam, maar volgens de oudere vorm Rasewale is dit wel niet toegelaten. Wat is dit element Rase-? Hoort het bij de stam van razen, en is Rasewale dan ‘een wal met razend, ziedend, kolkend water’? De oorspronkelijke betekenis van razen is ook niet razend geluid maken, maar wel geweldig bewegen. Eerlijk gezegd en nuchter bekeken, is het nochtans zeer onwaarschijnlijk dat het water in een hofwal zou zieden en kolken! Maar laten wij eens aandachtig de ligging van de hofstede op het kadastrale plan bestuderen. Zij ligt vlak achter twee buitenwaartse versterkingsbogen van de Evendijk, typische aanduidingen van welen of dijkbraken. Heeft de zee bij haar doorbraak tot in de wal van de hofstede gestroomd en daar geweldig gekolkt of is de wal een overblijfsel van een weel? Het is dus niet onmogelijk dat we daarin de sleutel vinden voor de verklaring van deze oude hoevenaam en dat Carnoy met zijn ‘fossé au tourbillon’ toch gelijk heeft. Rossewalle is volksetymologie (ros: paard). | |
[pagina 49]
| |
Ie, Ye. Dit belangrijk toponymisch element (betekent: kreek) werd in de Middeleeuwen en later dikwijls op hypercorrecte wijze als hide, hijde geschreven. Deze ‘geleerde’ schrijfwijze heeft vaak aanleiding gegeven (Vlietinck, Mansion, Carnoy) om er een woord in te zien, verwant met het Angelsaksisch hyth (haven). Wij hebben alle reden om aan het bestaan van zo'n toponymisch element te twijfelen. Reeds in de 13e eeuw was in de taal van het kustland de uitspraak van de begin-h zodanig verzwakt dat er in de schrijfwijze onzekerheid en verwarring begon te heersen. Het krioelt van voorbeelden in de oude vormen der plaatsnamen: Hevenedyck (Evendijk), heede (ee), hende (ende, inde), enz. Dit hide, hyde uit ie, ye is analoog aan heede uit ee. De schijn kan zo bedriegelijk en misleidend zijn dat E.H. Opdedrinck zaliger een Westkapelse heede voor een heide (bruyère) nam en dat Carnoy in zijn geciteerd werk de naam van de Evendijk ontleedt als ‘hijde - ven - dijk’, dijk langs het ven bij de haven. Hardnekkig handhaven zich deze hypercorrecte vormen gedurende eeuwen en eeuwen en zij kunnen zelfs hun terugslag op de volksmond krijgen. De naam Koksijde gaat terug op Koksie, Koksije en in geen geval op een Kokshide! Het ligt niet in onze bedoeling hier al de oude schrijfwijzen te ontleden. Wanneer wij aandachtig de naam van de plaats Coxye, Coxie bij Aardenburg bekijken, zijn wij overtuigd. Dit Koksie is: de ie, ije van een genaamde Kok. Vercoullie, die het met ie en ije bij 't rechte eind had, durfde in het eerste lid geen persoonsnaam zien. Hij schrijft: ‘Wat Koksij betreft, dat bevat geen voornaam of familienaam; het eerste lid is wel de naam van de Cardium edule, Ndl. kokkel, Fr. bucarde, en inderdaad, het strand van Nieuwpoort tot Koksij ligt vol met hoopen van die schelpen.’Ga naar voetnoot(1) Maar is dit ‘kokkel’ wel een oud woord? Bovendien wij zouden dan Kokie, Kokye en niet Koksije verwachten. De analogie met andere toponiemen maakt het zeker dat we hier een persoonsnaam of familienaam voorhanden hebben die ook nog in veel andere toponiemen voorkomt: Coxweg, Coxmoere, Coxiand, enz. (Zie Deflou).
Olievliet, een waterloop op Lissewege, noordelijk gedeelte van de Lisseweegse watergang. In de ligger van Ter Doest (1429) ollevliet en hollevliet. Later olievliet. De betekenis moet zijn: holle, diepe vliet of watergang. Olievliet is volksetymologie. J. De Langhe |
|