Nog over Philips Baelde, predikant op Ceylon. 1658.
Over hem en zijn lofspraak op S. Franciscus Xaverius, zie Biekorf 1952, 254,
De rechtschapenheid en objectiviteit van deze predikant, stammend uit de Ieperse familie Baelde, werd even in het licht gesteld door R. Boudens o.m.i. in een studie: The Catholic Church in Ceylon from 1658 to 1687, verschenen in The Ceylon Historical Journal. Colombo, 2 (1953), no 3-4. De schrijver verhaalt hoe, kort na de overgave van Jaffna in 1658, de Hollanders een samenzwering van Portugezen en katholieke inboorlingen ontdekten en bloedig beteugelden. Philips Baelde geeft daarvan een objectief relaas en noteert uitvoerig hoe een pater Jezuïet, die niet in de samenzwering betrokken was, met de schuldigen werd terechtgesteld. De tekst van Baldaeus - in de Nederlandse uitgave van zijn Beschrijving van het machtige Eyland Ce lon, Amsterdam 1672, blz. 160 - is de volgende:
‘Een Klerk, genaamt Caldero, zijnde een Jesuijt, in Malacca gebooren, wierd onthalst. Deze man was door ziekte en swakheyt verhindert geweest met de [Portugese] Geestelijkheyt te vertrekken, en bleef tot zijn ongeluk. Hij was waerlijk te beklagen, want hy van dit schendigh stuk [de samenzwering] niet en wiste, zijnde alleen een brief van deze schelmen aan hem geschreven, daar in zij hem haar voornemen kondt maakten, hem noemende Padre de suas almas ofte Vader harer zielen. Hij verwillighde mede niet in hare godlooze raadslagh; zijn eyge Landts-lieden te verraden, kost mede van zijn herte niet, dies hy zijn stilzwijgen met de doodt moste bezueren.’
P. Boudens, die zelf een studie over de geschiedbronnen van de Katholieke Missie in Ceylon heeft bewerkt, deelt verder mede dat over Philippus Baldaeus en zijn boek over Ceylon een uitvoerige studie door D.W. Ferguson werd gepubliceerd in Ceylon Antiq. iv (1936) nn. 7-9.
V.