Een bijenzwerm bezweren
In Biekorf 1903 en 1904 schreef A. Mervillie zijn steeds lezenswaarde bijdrage: ‘'t Een en 't ander over de bietjes’, in de jaargang 1904 aangevuld door R. Dumez.
Bach Mervillie schrijft daar als volgt:
‘De oude biekweekers bezweren de zwerms. Die bezweringe.... verschilt somwijlen van streke tot streke, maar blijft voor den inhoud dezelfste.’ De schrijver verwijst hier naar de optekening van A. Joos (s.v. Bie in het Waasch Idioticon) en geeft dan een eigen optekening uit de volksmond te Aartrijke; zijn zegsman, een man van jaren in 1903, getuigde (Biekorf 1903, 359) dat de volgende bezwering ‘nog in gebruik was tijdens zijn jonkheid’:
'k Bezwere den koning dezer bien
dat hij niet hoge zoude vliegen,
dat hij geen bergen zoude zien,
dat hij zou nederdalen op het ga(r)s
en halen den honing en het was
Hier volgen nu enkele optekeningen van de bezwering zoals ik ze van zegslieden in 1952 heb afgeluisterd.
In de zwermtijd van de bijen, opdat ze niet zouden verre weg vliegen, zegt men:
vliegt niet verder dan ik u kan zien,
daalt neder in het groene gras
om te maken honing en was
waarmede Christus zijn eerste messe las.
- Gehoord te Krombeke van een tachtigjarige biemelker afkomstig uit Langemark (vluchteling 14-18). Naar zijn zeggen stond dit gebedeke op een sanctje met de afbeelding van de H. Ambrosius.
daalt neder op het groene gras
om te garen honing en was.
om te gebruiken in de messe
tot Jesus' gedachtenesse.
- Gehoord van een 65-jarige biemelker uit Roesbrugge.