Rumbeke spreekt over verleden en toekomst en besluit met hoop op vrede, broedermin en ‘hoger-op’ van nagenoeg twee honderd groeiende en bloeiende vinkeniersbonden.
Daar is luitnant Verstraete. Hij groet de vlaggen en pennoenen die schetsen en lichten op 't verhoog. Hij heet de Walen welkom, herdenkt de ons ontvallen makkers en groet de rasechte vinkeniers van overal toegestroomd uit Leieland, Veurne-Ambacht, Meetjesland, Denderstreek en 't Noorden.
De Walen komen aan d'ere. De meisjes dansen en ‘Miss Vincke’ wordt verkoren. Verdienstelijke vrouwen worden gehuldigd en belovende jongelingen krijgen bloemen. Daar zijn de bejaarde vinkeniers uit Lovendegem, Izegem, Lauwe, Hoogleê, Vlamertinge en elders. Muziek, dans, handgeklap.
Volgen de beste kampioenen, de keizers van 't jaar '49 en de keizerinne Weduwe Van Elslander van ‘De Takkeling’ van Kuurne. Daar worden bloemen gereekt, halzen omhelsd, piepers gezet en deuntjes gespeeld.
En nu 't toneelstuk: ‘De Lustige Blauwbekken’ van vriend W. Braekeveld van Tielt, een geestig spel vol kwinken vinkeslagen.
En voorts al de kampioenen: Geeraard Bouckhout, kleermaker te Pittem, eerste in de vinkenronde van Vlaanderen met vogel Katrien, 735 liedjes in d'ure, Odiel Hanne van Lichtervelde, met Mickie, 716 liedjes in d'ure, en vijftig andere.
*
Schoon volk en van 't beste slag. Mannen en vrouwen van verre en van dichte bij ons: werkvolk, burgers, edelmans die 't vinkesport begaan; allemaal broeders gehecht in één vriendenband. Boskanters, landsmans, boeren, knechten en heren. Daar is er een ‘van den ouden eesch’ met zwarte lakenklak met stijven boord, kerels met knevels lijk Streuvels in zijn besten tijd, mannen met schoften en schouders lijk reuzen, die vinken houden, kweken, temmen en bovenal zetten ter zettinge, al toonbeelden van 't oude ras. En daar op de markt staan bussen, wagens en alles wat hollen en bollen kan. Klein Diksmuide.
Op Palmezondag leefde Rumbeke in zachte roes, spijts hagelbui en noordse wind. In 't hovetje naast de feestzale staan de mirabellen in den bloei.
Laat de wereld zot draaien en lelijk doen. Rumbeke en de vinkeniers 'n willen zelfs tegen-stroom niet varen. Hier worden alle wereldschokken opgevangen, gedempt, gedoofd. Rumbeke verteert en verduwt wat baten kan en verwerpt met kalm verzet wapengekletter en vliegende scheutels.