Biekorf. Jaargang 50
(1949)– [tijdschrift] Biekorf– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdVaderlandse schietoefeningen te Ardooie
| |
[pagina 106]
| |
April, nog ‘vyftigh militaire fusicquen met hunne bayonetten gheordonneert van het land van Luyck’. Hun wapens, eigendom der prochie, stonden in een nieuwgemaakte houten kast in ‘de Swaene’, afspanning en wethuis. Ze hadden ook een vaandelGa naar voetnoot(1) en een koperen trommel. Het plaatselijk korps der vrijwilligers had zich voorgenomen op 15 Juni 1790 een ‘waepenoeffenynghe ende exercitie in het vuur’ te houden met enkele korpsen van naburige gemeenten. Het gerucht hiervan was ook tot in het College van het Vrije doorgedrongen. Hier had men zelfs vernomen dat buiten het Ardooise ook de korpsen van Beveren, Lichtervelde, Rumbeke, Moorslede, Ledegem, Dadizele, Passchendale, en meer andere, zelfs uit Oostvlaanderen, zouden komen! Aldus zouden er te Ardooie meer dan 1.000 man verenigd zijn! De burgemeesters van het Vrije, bij brief van 12 Juni 1790, drukten hun ‘vreeze ende ombragie’ uit tegenover die wapenoefeningen, daar ze niet verzekerd waren ‘van Ul. vigilantie ofte publicque veyligheydt alsmede van de oprechte vaederlantsche sentimenten waermede Ul. zyt bezielt.’ Zij gaven toe dat in geval van goede mening, zulke oefeningen nuttig waren en daarom vroegen ze ‘t' inviteren d'heeren voluntairen van de dry vaederlantsche hoofdgilden binnen dese stadt aen wie het sekerlyk plaisir zal doen de selve te mogen by woonen’. Daags daarop zond greffier Hil. Fr. van Coquelaere de speciale bode terug met de mare dat de Ardooise ‘voluntairen hebben uitghenoodigt die van Oostcamp, Cortemarcq. Lichtervelde, Beveren, Iseghem, Rousselaere en Passchendaele’, samen hoogstens 3 à 400 man, bezield met de beste vaderlandse geest en dat de wapenfeiten alleen tot doel hebben die geest nog meer aan te wakkeren. Ardooie nodigde meteen de Bruggelingen uit. Op 15 Juni gebeurde alles naar wens. Men heeft | |
[pagina 107]
| |
alleszins meer gefeest en geparadeerd dan er ‘waepenoeffenynghe ende exercitie in het vuur’ gehouden werd, want acht ‘speelieden’ kwamen van Roeselare om het feest op te luisteren, de klokluiders werden speciaal vergoed voor hun werk op die dag en te Roeselare leverde men voor de patriottentrommel twee nieuwe vellen! Voorzeker nog vol vaderlands vuur, opgedaan enige dagen voordien, hielden ‘diversche vrywillighe patriotten’ in de nacht van 20 op 21 Juni een klopjachtGa naar voetnoot(1) op een zekere ‘Joannes Meurisse, deserteur vande vaderlantsche troepen’. Gekomen aan de herberg ‘het Eeckelynck’ vielen ze er binnen en François van den Berghe fs. Pieter, 22 jaar oud, riep naar de buitenvluchtende deserteur: ‘Meurisse loopt, de patriotten komen’, op welk geroep de patriotten vanden Berghe ‘in ghyselynge genomen ende gehouden hebben’. Deze was echter niet bang en riep zelfs: ‘Vyvat den Keyser, vyvat Leopold’. Hij werd niettemin zonder verdere gevolgen vrijgelaten. Pieter de Snouck, die ook kwaadwillig geweest was en in Augustus het korps beschimpteGa naar voetnoot(2), werd in ‘extraordinaire vergaderinghe der wet op 1 Oct.’, present de chefs van het vaderlands korps onder bewaking van vier ‘dragonders der voluntaire der stadt Brugghe’ binnengeleid. De Snouck heeft in aller tegenwoordigheid, na voorlezing van het vonnis ‘op syne knien ter aerde en ongedeckten hoofde overluyt vergiffenisse gevraegt over syne stoerynghen van de publicque ruste midtsgaders aen de chefs van het vaderlants corps der vrywillighe van dese prochie, aen hun excusie ghevraegt over de injurien ende insulten door hem aen het selve corps aengedaen.’Ga naar voetnoot(3) L.V.A. |
|