Berijmde spreuken
‘Meneere, 'k zou ook willen zoo rijke zijn lijk gij!’ zei de boerinne tot den huismeester, een arme schartelare die 't einde van zijn rijkdom niet en kende. 't Antwoord luidde: ‘Je zijt veel gelukkiger of ik:
Over veertig jaar was de semel (tarwe) nog de beste, zoo van beschot als van hoedanigheid. Vandaar de spreuke:
die ze (de semel) gaan uitbanden’.
A.B. Stavele
(Kumme, zumme voor: kunnen we, zullen we.) Om uit te drukken dat de kleine man mag gehoorzamen aan de sterkeren, mag rullen en betalen. Men denkt daarbij aan de bekende spreuk van Mazarin: Ils chantent, ils payeront.
L.V.A.
Wanneer een eerste kindje sterft, zegt men om de ouders te troosten:
Ja, christen Vlamingen zijn onverstoorbare ‘optimisten’, en wie over die spreuke, een beetje wil mediteeren, zal zien dat er veel meer waarheid in steekt dan ze bij 't eerste zicht bloot geeft. Geh. te Stavele.
L.D.V.