Biekorf. Jaargang 44
(1938)– [tijdschrift] Biekorf– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdO.L. Vrouw van Lombardsyde.IN 1746 werd E.H eer Ferdinandus De Curte pastoor te Lombardsyde en deservitor te Westende. De devotie tot het mirakuleus O.L.V. Beeld, die in de vorige jaren groote uitbreiding had genomen, werd onder zijn herderschap steeds meer in eere gehouden en won nog in luister. Telken jare deed pastoor De Curte door B. Nonkle, meester-zilversmid, een hoeveelheid zilveren ringen en medalies vervaardigen die gedurende de negen dagen aan de pelgrims werden uitgereikt. Drukker Van de Kerckhove te Oostende, drukte voor dezelfde gelegenheid de plaatjes vermeldend de plechtigheden van den eeredienst en de aflaten die te verdienen waren. Onder zijn herderschap wordt de toren alsmede de vloer van de kerk hersteld door Martinus de Ruyter ‘metsenaere te Nieupoort’. | |||||||||||||||||||
[pagina 136]
| |||||||||||||||||||
Pastoor De Curte ijverde om zooveel mogelijk pelgrims naar Lombardsyde te doen komen. Deze werden door hem wel ontvangen en hij moet het niet ontzien hebben bijzondere plechtigheden te hunner intentie te houden, vermits we in een der kerkrekeningen de volgende vermelding vinden: ‘Betaelt aan Ferdinandus De Curte, pastor, over syn ordinairen toelegh voor t'administreeren de pelgrims commende naer dese kercke om hun devotie te houden ten allen tyde van 't jaer, ter advenante van een pond grooten ter maendt.’Ga naar voetnoot(1) De paters Recolletten te Nieupoort stonden hem bij in 't uitoefenen van zijn zielezorg. Ze hoorden biecht en predikten op de O.L. Vrouwdagen en andere feestdagen van 't jaar en waren de predikers en biechtvaders gedurende de negen dagen. Was Ferdinand De Curte gedienstig jegens de pelgrims, hij was zeer milde tegenover de paters en ontving ze op een ‘treffelijke’ wijze. Dat blijkt uit den volgenden post der kerkrekening van 1750: ‘Betaelt aan Ferd. De Curte, voor getrakteerd te hebben alle de E. paters biechtvaders & predikanten op alle Onze Lieve Vrouwdaghen en andere feestdaghen ten tyde van 't jaer, drie pond grooten; en twee pond om getrakteerd te hebben deselven gedurende de neghen daghen’. In 1752 werd, onder zijn herderschap, de inventaris opgemaakt der juweelen van de kerk en van het beeld. Die inventaris is in meer dan een opzicht belangrijk. Men kan uit de opgegeven lijst de gevolgtrekking halen, dat reeds in dien tijd O.L. Vrouw van Lombardsyde veel gunsten had verleend, vermits de geschonken juweelen en waardevolle ex voto's er talrijk zijn, zoodanig dat de pastoor door een ambtelijk stuk den schat van de kerk en van het beeld heeft willen vastleggenGa naar voetnoot(2). | |||||||||||||||||||
[pagina 137]
| |||||||||||||||||||
Inventarisgenomen desen 16 September 1752 door de heeren A.L. de Mourbeque ende Antonio Goom, Burghs deser stede ende port van Nieuport ter adjonctie van Mr Frans Jacques De Brauwere Raedtpensionnaris, 's wetscommissaris, ten huyse mitsgaders presentie ende interventie van Heer F. De Curte pastor van Lombaertzyde, | |||||||||||||||||||
van het goudt ende silverwerck ende juweelencompeterende de kercke van Lombaertzyde soo van de gonne ten dienste van dezelve kercke als die dewelcke gedestineert syn tot cieraet van het Beeldt van O.L. Vrouwe aldaer, aen ons door den geseyden Heer Pastoor geproduceert, ter presentie ende interventie van Johannes Vandenameele, coster van 't gemelde Lombaertzyde ende van Johannes Pijtijt geemployeert tot het wegen der geinventorieerde effecten; soo volgt: | |||||||||||||||||||
[Kerkjuweelen:]
| |||||||||||||||||||
[Juweelen van O.L. Vrouw:]
| |||||||||||||||||||
[pagina 138]
| |||||||||||||||||||
J. Filliaert. |
|