Toen Napoleon vervrozen was...
Op 21 Januari 1813, werden te Tielt briefjes rondgestrooid tegen Napoleon, die toen juist teruggekeerd was van den veldtocht in Rusland. Daarin werd met recht gevreesd dat nieuwe buitengewone belastingen en soldatenlichtingen voor de deur stonden, en de menschen waren het beu, zooals het bleek in April, toen de eerste onlusten losbraken onder de opgeroepen soldaten (vgl. Biekorf 1933, bl. 227).
Deze briefjes luidden als volgt:
‘Borgers wij moeten troost verleenen,
Aen eenen met vervrozen beenen,
Die nu vraegt al het volk,
Vermits hij op den loop is gesteld,
Maar houd het volk en geld maer vast,
Wij zullen bezorgen 't welk beter past,
Wij zullen alle onze steden doorloopen,
En alle de haeze vellen doen opkoopen’.
(Staatsarchief Brugge. Modern Archief, 2 Bundel 8306).
J.D.S.
Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd