Biekorf. Jaargang 43
(1937)– [tijdschrift] Biekorf– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd- Leo Bittremieux. Woordkunst der Bayombe. Lied en Spel, Dans en Tooneel in Beneden-Kongo. In-8, 224 blz. = Fr. 35.Ware 't niet dat P. Bittremieux allerminst met titels gediend is, wij zouden hem van nu voort begroeten als ‘ontdekker van Mayombe’. Van dit zijn geliefd stuk Afrika openbaarde hij de taal, de namen, de volkskunst, de gebruiken en ten slotte de dichtkunst in een reeks uitstekende werken die zijn naam en onze moedertaal aan de volkskundige wetenschap van Kongo verbinden. Dit nieuwe werk is een rijke verzameling van afgeluisterde rijmen, slaapliedjes, fabeltjes, kleingedichten, vingerversjes, dansliederen, minnezangen, palaberpoëzie, vertellingen. Fijnzinnig speurder, is P.B. tevens een wijze geest en een begaafd dichter: de verzamelde stof weet hij zoo kunstig en boeiend te omramen dat deze ‘eerstige’ uitingen van Afrikaansch volksleven voor ons, oningewijden, ten volle verstaanbaar en genietbaar zijn. In de vertalingen tintelt de levende schoonheid van onze Vlaamsche volksrijmen (dat P.B. onze eigen volksrijmen kent, daarvan spreekt Biekorf sedert vele jaargangen!); de frissche voorstelling rukt den lezer mede op die verre paden van Mayombe waar hij een onvermoede dichtkunst leert kennen: dank zij den diepgeestigen en kunstzinnigen arbeid van den ‘ontdekker van Mayombe’! | |
[pagina 164]
| |
- M. Meertens. De Godsvrucht in de Nederlanden naar Handschriften van Gebedenboeken der XVe eeuw. Zesde deel: Beschrijvende Catalogus der Handschriften (Historische Bibliotheek van Godsdienstwetenschappen). 1934. In-8, XII-318 bl. = Fr. 75.Van dit groote werk zijn de drie eerste deelen verschenen en alhier besproken (1933, bl. 91; 1932, bl. 156; 1931, bl. 29). Deze Catalogus geeft een omstandige beschrijving der 52 handschriften die tot grondslag dienden van de uitgebreide studie. Schr. geeft een trouw beeld van den inhoud der Hss; te dien einde werden, zooveel mogelijk, alle incipit's en explicit's overgenomen. Daarop legde Schr. twee zeer bruikbare lijsten van initia der niet-liturgische en der liturgische gebeden aan. Alwie zich met de studie van Mnl. gebedenboeken bezig houdt, zal èn de zorgvuldige beschrijving der uitgelezen handschriften èn de uitgebreide lijsten der initia naar waarde schatten. Uit Schr.'s persoonlijke diepgrondige studie ontstond hier een werktuig dat, in deze voortreffelijke uitgave, de ontginning van ons geestelijk erf merkelijk bevordert. - Mogen de twee overige deelen der studie, door dezen Catalogus zoo gelukkig vooruitgeloopen, weldra dit hoog geprezen werk komen voltooien. A.V. |
|