woord: onmogelijk... om menigvuldige redenen, alle even belachelijk; eene van die redenen, de minste niet, is dat 't er veel te... gevaarlijk is! De ware kreden, de eenige wis, is dat de Groote-mannen uit Meester's huis daardoor zouden kunnen verongemakt worden. Niets ander's te doen dus, als onzen intrek te nemen in ons meisjesleerhuis,... vele minder van ruimte, en te dien stonde 't onveiligste vlek op het dorp. Ja, dàt mocht zijn. Dus wij, op denzelfden dag reeds, ernaartoe met nog enkele gerieven.
In den achterhalfdag nu, rijden ooknog H. Wullepit van Langhemarck en Abel Nollet onze koster of gereider voor-thans, met 'n voer van ons tuig naar Westoutre.
Gelukkiglijk, dien dag alles stille. Maar weerom meer volk en ook hoofdliên op 't dorp. En weere nog vele van de krijgswerkschap, vóór het Wethuis aan 't kramen.
Vrijdag, 2en. Ten vieren-'n-half liggen we al dapper aan 't werk in ons nieuw bidstedeken. Het altaar wordt opgetimmerd, en ten zevenen doe ik er de eerste misse, met Uitstellinge ter gelegenheid van den Eersten-Vrijdag. Biechtstoel en Communiebank staan er al, en 'k heb er reeds 70 HH. Nuttingen. Na de mis, weerom aan 't werk om ons in te richten; en 'n tweede voer trekt het op naar Westoutre. De beelden staan nu dààr op het opperste in de Pastorij; en de gewaden, 't linnen, en klein gerei, zitten ook op 't opperste, te Mm Brigou's. Het Allerheiligste is berustend te mijnent. Meermaals en kunnen wij er Ons-Heere den noodigen eerbied niet aandoen, doch Hij, die onze goê meeninge kent, en die weet hoedat wij gesteld zijn, Hij zal het ons geren - wij hopen 't - vergeven.
('t Vervolgt).
[A.V.W.]