Biekorf. Jaargang 35
(1929)– [tijdschrift] Biekorf– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 78]
| |
De Duinenabdij in een roman.‘L'Abbaye des Dunes’ zoo luidt de titel van een roman geschreven door Marguerite Baulu en in format Charpentier verschenen te Parijs bij Plon Nourrit. Een jaartal ontbreekt zoo op het titelblad als bij 't registernummer van de drukkerij. We hadden de gelegenheid niet den Catalogue de la librairie française na te slaan om er 't juiste jaartal te vinden, doch het boek moet verschenen zijn een paar jaar voor den oorlog, laten we zeggen tusschen 1910 en 1914. - Dees hier nu tot dokumentatie. Het boek is geen historische roman, zooals uit den titel zou kunnen vermoed worden. De inhoud is deze van een gewone roman; een liefdegeschiedenis die uitloopt op een huwelijk. Deze speelt, zoo ongeveer in de eerste jaren van onze eeuw, in Veurnambacht: ten deele te Veurne en te Nieuwpoort maar ten grootsten deele op de hofstede den Boomgaerde (bij 't volk nog zooals oudtijds: Bogaerde, ten Bogaerde) bij Coxyde. Die hofstede behoorde vroeger aan de Duinheeren en werd na den Geuzentijd (1584) gedurende een dertigtal jaren als voorloopige abdij ingericht. 't Is van den Bogaerde dat de Duinheeren in 1628 naar Brugge overkwamen. Die hofstede is geestelijk goed gebleven want de laatste Duinheer schonk ze, bijna honderd jaar geleden, aan 't bisdom Brugge. In den roman echter is zij het eigendom van den held der geschiedenis: Régis, zoon van den Hochmeester (?) van Veurnambacht. Een paar maal wordt de hofstede beschreven en we hooren nogal dikwijls 't Boomtje (zoo heet, in het boek, het klokje van de hofstede)Ga naar voetnoot(1) luiden. Die beschrijving, zooals ten andere de herhaalde beschrijving van de Vlaamsche streek en de Vlaamsche menschen, is een niet te beste navolging van Verhaerens letterkundigen trant. Deze roman, zoo onbeholpen gebouwd, zoo arm aan handeling, wilde blijkbaar een ‘Vlaamsche’ roman zijn, doch in de uitbeelding van het Vlaamsche midden ontbreken volstrekt: waarheid en leven. De onzedelijke en onchristelijke strekking ligt er dik opgewreven, vooral waar de kleurlooze romanheld met zijn Parijzer leekenopvoeding de oude Bogaerde hoeve ‘moderniseert’ en in voeling en strijd geraakt met ver- | |
[pagina 79]
| |
achterde Vlaamsche landbouwers en visschers, die alle naar een zelfde schampeljoen zijn geslageti. ‘L'Abbaye des Dunes’ heeft dus geen uitstaans met de Duinenabdij: die titel dekt de letterkundige armoede van een roman die de middelmaat niet bereikte welke noodig is om een eersten druk uit te verkoopen. A.V. |
|