zijn menige beelden en schetsen, zijne volksaardige wenken en woorden, zijn lust in 't gehandel der spelers, zijn smake in 't gewend van 't vertoon, zijn zoeken naar 'n rampspeligen band, met één woord, zijne kunststoffe en -krachten, vastegebonden te krijgen en met eenheid en evenwicht samen te snoeren.
Kon hij meer tijd daaraan steken: Nu staat zijn stuk, niet als 'n vertoog van 'n spel, maar als vertoog van spel...- middelen. Hij geriefde nu 't volk; kon hij 't stuk eens herwerken, met tijd, hij zou er mee ook de kunste gerieven.
Hij leerde van 't volk: hij zag en hij hoorde, hij voelde en hij leefde ongetwijfeld met 't volk. Hij leere nu nog: het schaven en 't schikken en het àl-aan-malkaar-doen-gelijken,... de tale zoowel als 't vertoog.
***
Uit Opdebeek's Wetenschappelijke Reeks voor de Jeugd... door Herman de Roover (vgl. boven bl. 320).
R. Ehnam. De Verlichting door de Eeuwen heen. 36 bl. met talrijke afbb. = Fr. 1,75.
Van in den ouden tijd tot heden, de Verlichting in huis en erbuiten. Gevonden verbeteringen. - Benevens de geschiedkunde, ook wetenschappelijke uitleg... gegeven door iemand die thuis toogt te zijn in 't brengen van licht dààr waar er meest bij behoort, te weten in zaak van verlichting.
***