De voornaamste bezigheid der 22 - en later 30 - arme meisjes welke daar opgevoed werden, was het spellewerken. De opbrengst van hun werk voorzag, samen met de fondatien en giften, in hun onderhoud. Buiten hun ‘peyl’ of gewonen werktijd maakten de kinderen ‘Onse Lieve Vrauwe cantjens’. De rekening der school over 1769-77, f. 13 v. (Stadsarchief, Kortrijk) geeft al den noodigen uitleg:
‘onse Lieve Vrauwe canten, die de kinderen maecken buyten den tydt van hun ordinaire wercken, om te besorgen ende coopen jaerlijckx, jeghens den dagh van O.L. Vrauwe onbevleckte ontvangenisse, eene groote wasse keerse met eenige kleene, die door hun alsdan geoffert worden inde kercke vande Paters Recollecten.’
De kinderen kregen dan ‘ontrent den dagh van O.L. Vrauwe onbevleckte onfangenisse, eene recreatie, causa het draegen der wasse keersen in de kercke van de Paters Recollecten’ (gemelde rekening, f. 17). Het Recollettenklooster stond op Overleie. Reeds in de jaren 1651-54 werd in de kloosterkerk een beeld gesteld van O.L. Vrouw, onder den titel van Onbevlekte Ontvangenis, hetzelfde dat (volgens F. Van de Putte in den Almanak van het bisdom Brugge, jaar 1874) nog heden in de O.L. Vrouwkerk te Kortrijk bewaard wordt.
A.V.