moest de d wegvallen en Bou-en. in Westvlaanderen Boen worden. Van daar de gslnn. Boen en Boens. Dit alleen voor W-Vl.; dezelfde namen Boen en Boens, te Antwerpen en te Brussel, zullen wel eenen anderen oorsprong hebben.
Immers in Oostvlaanderen, en verder in het oosten, moest Bou-en overgaan tot Bouwen, overgebleven in de gslnn. Bouwens en Bauwens, die volgens de verschillende streken verschillend uitgesproken worden.
2e Boudin, Bouden is echter niet de eenige ontwikkeling van Balduin(us). In de middeleeuwen vindt men, nevens en voor Balduinus, niet zelden Boidinus, die nog voortleeft in den westvl. naam Boydens. In 't N. van Frankrijk, en zelfs in Vl. heeft men nog Boidin.
Ook Boydens is een archaïsme. In het Nederlandsch is er een slag van oi's, waaronder de hier besprokene, dat geen stand houdt, maar, meest in de westelijke gouwen, reeds in de middeleeuwen vervangen wordt door ei, en in de meer oostelijke en noordelijke streken, door ui. Daaraan beantwoorden de talrijke gslnn., van den eenen kant Beyen, Beyens, en zonder uitgang Beyts, van den anderen kant Buydens, Buyens, Buyts. - De (niet westvl.) namen Bayens, Baeyens schijnen dialektische wijzigingen van Beyens. - De naam van het dorp Boitshoeke, bij Veurne, vroeger Boidekinshoucke, heeft ook nog den vorm Boid- behouden.
3e Een derde ontwikkelingsgang is eigen aan het Westen van W-Vl. en Vlaamsch Frankrijk. De onderhavige oi-klank wordt daar eu. Zoo vindt men te IJper in 1566 Puetevijn voor Poilevin. Aldaar schrijft men Bueden in 15e, 16e eeuwen; Beuden is zelfs tot heden toe bewaard als geslachtsnaam; de gewone en regelmatige vorm nochtans is Beun, een naam die in die gewesten zeer gemeen is.
Nog een paar voorbeelden, ter vergelijking en opheldering van den overgang van oi tot ei, ui en eu, volgens de verschillende gewesten. In de middeleeuwen komt dikwijls de naam Noid, Noidin(us) voor, beantwoordende aan *Nold(in) uit Ar-, Rei-, Ber-nold(us). Van daar de huidige glsnn.:
Neyt - Neyens.
Nuyts - Nuyens (ook Nuyltens?).
Neudt - Neutens.
Voor Waldhan> Wouter, in de middeleeuwen Woitinus. Weitinus. Heden:
Weyts - Weytens, Serweytens - Waeytens.
Wuyts - Wuytens.
Weus (toch wel voor *Weuts) - Weuten.