weerdschappen. Ik 'n heb dat nog nooit da'-me-dunkt in een zijner Leven's vermeld gezien.
Hij heeft er vele opgesteld. En hij miek daar een kunste van. Hij zei onderander - als beginsels daartoe -: eerst en vooral 't moet verstaanbaar zijn; de fransche weerdschappen doorgaans 'n zijn maar verstaanbaar voor de ingewijden. Een tweede nochtans, en deze is misschien wel de reden waarom die onverstaanbare fransche gezegden gegeerd worden, er mag entwat overhangen van mistig's, van geheimzinnig's, om niet te schijnen voor den dag te komen met kost van alledage. Ten derde die gezegden, waar de genooden een keer mogen aan tinten en talen om er den echten zin van te raden, moeten kunnen met smake gelezen en herlezen worden, dus zwierig en lief zijn... En vandaar dan zette hij uit met zijn kunstwoorden, klinker- en klankvoegingen, mitsgaders anderen taaltooi.
Men zou 'n keer moeten zijn oude weerdschappen trachten bijeen te krijgen en... ze nadoen ook. Waarom niet? Die er vindt mag ze ons zenden.
In afwachting, hier is b.v. een namaaksel nog onlangs gebezigd.