Biekorf. Jaargang 25(1914-1919)– [tijdschrift] Biekorf– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende De laatste Ridders WELEER in 't rijk beluik van vlaamsche dorp en stede gerugsteund aan een tros van leên en heerlijkheden daar rees bij de oude kerk, met neêr- en opperhof het machtig heerenhuis.... vergaan in gruis en stof. In 't doodboek slaapt nu 't hof, met ridders feest en jacht. Een boerenwoon vervangt de middeleeuwsche pracht. Nu liggen hier en daar nog, met gevouwen handen, de heeren met hun vrouw; en met gesloten mond zoo bidden ze in de kerk - die niet en bidt te schande - on ruinen stil hun eeuwgen credo in het rond. Daar liggen ze uitgestrekt als twee versteende lijken met stalen blik en on beroer baar oogenlid, spijts tergend ongeloof, daar hemelwaarts te kijken en loepen eeuwig voort hun eeuwig wachtwoord: bidt. Horand Vorige Volgende