Biekorf. Jaargang 25
(1914-1919)– [tijdschrift] Biekorf– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdPernuttelBESTE LEZER, gij hebt voorzeker nog van uw leven samenspraken gehoord als volgt: - Wie heeft er dat gedaan? - 't Is die kleine pernuttel van dien jongen. Pernuttel?... kijk nen keer in De Bo: 't woord en staat er niet in. Guido Gezelle heeft twintig jaar neerstig gezant met de hulp van menigvuldige zoekers: 't woord pernuttel en staat in zijne prachtige Loquela niet geboekt. Wij zullen 't hier papiervast maken en met onzen Biekorf en zal het niet verloren gaan. Waar is de goede tijd gevaren, dat men daar belang in stelde, dat men woorden en gebruiken opspoorde, dat al de merkweerdigheden van ieder dorp bekend gemaakt wierden? West-Vlaanderen is in volkenbeschrijfkundig opzicht, wat tale en beschaving betreft, eene der merkweerdigste streken die er bestaan en dat alles schijnt nu geen belang meer op te leveren, 't en zij bij eenige vreemde liefhebbers van Brussel misschien!... | |
[pagina 107]
| |
Daar ware nog een derde Idioticon van doen om den taalschat van West-Vlaanderen aan den man te brengen; dat is de eerste waarheid, welke wij nopens 't w. pernuttel willen vaststellen!...
***
En nu, wat beteekent dat woord? 't Moet iets zijn, dat klein en minderachtig is, alzoo entwat van niemendalle. 't Is zonderling; buiten het uilegat, in den gevel eeniger schuren rondom Veurne en Yper, buiten eenige Saksensche gedenkenissen, verzameld in de oude woonoorden, in de duinen van De Panne gelegen, een plaatsnaam lijk Waesten, Warneton, die bovendien nog angelsaksensch is en vindt men maar weinig getuigenissen van de Saksen in West-Vlaanderen. 't Is wonderbaar dat men hier nergens overblijfselen van hunne zoo eigenaardige bouwschikking en kan waarnemen. 't Is al friesch en frankisch dat men in West-Vlaanderen van germaansche beschaving kan gadeslaan. En nochtans, de sprake schijnt doorweven en doornaaid van saksensche zegwijzen. - Ju! zeggen de boevers in West-Vlaanderen evenals tot Hamburg, om de peerden aan te zetten. Hutjepernutje zegt men ook tot Hamburg. Wij en zijn niet bevoegd in de taalwetenschap, maar het dunkt ons dat gepaarde woorden, die in hunnen uitgang gelijk of bijna gelijk luiden, soms met woordendeeltjes lijk de en per verbondeu zijn. Per van pernuttel schijnt ons zoo eene koppeling voor te stellen! Wat is nutte nu? 't Bestaan nog zulke gepaarde woorden tot Hamburg en omstreken. Men zegt ook: hutte mit der mutte, hüttje und müttje, hütti mit mütti, hützi mit mützi, hütt un mütt, hut mit mut, hutje mit mutjeGa naar voetnoot(1). Nutte zal wel eene wisselgedaante zijn van mutte: hutte en mutte wil zeggen de geheele huisraad, ket gansche vermogen van een onbemiddelden man. De hut is zijne woonst en de mudde of mutte is, met oorlof van den lezer, zijne zeug, zijne zwijnsmoêr. En aldus moeten wij den uitleg van 't woord Pernuttel hij onze Saksensche stambroeders gaan vinden.
J. Seghers. |
|