Biekorf. Jaargang 23
(1912)– [tijdschrift] Biekorf– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdKerk-kunstIN O.L.V. kerk te Brugge werden twee ‘canterien’ of private kapellekens hersteld; dit van Pieter Lanchals († 1180) door zijne weduwe opgericht, en dat van Pauwel van Overtvelt († 1483), op den zuid-oosthoek der kerk. Het eerste was reeds hersteld (d.i. verminkt) geweest in 1812-16 door van Gierdegom; maar nu de oorspronkelijke versieringsmotieven met hun zuiver profiel weer aan 't licht kwamen, nu de ramen hun steenwerk terugkregen en uiterst goed | |
[pagina 79]
| |
glasGa naar voetnoot(1), kunnen we ons maar moeilijk de kapel herinneren zooals wij ze gekend hebben, met hare lompe bepleisteringen hare purper-roode janklaaisramen. De nabijgelegen kapel van Overtvelt is uiterst lief, ramen en glas staan boven critiek. Eindelijk is die bidplaats toch een deel der kerk geworden, vroeger had men er eene bergplaats van gemaakt en haar met een muur afgesloten. We schrijven bier best de woorden van Weale over, de fijne kunstcriticus die zooveel en zoo verdienstelijk ijverde voor onze vlaamsche en Brugsche kunst, maar veelal in de wildernis prak. In zijn verdienstelijk werkje ‘Bruges et ses environs’ 4de uitg. 1884, schreef hij op bl. 119: Cette chapelle (van Overtvelt) sert actuellement de magasin; pour établir une armoire on détruisit les effigies couchées de ce chevalier et de sa dame, et on scia la partie inférieure du monument en deux! nous ne comprenons point la nécessité d'avoir tant de magasins dans l'église.’ En verder in hetzelfde boekje bl. 41 en volgende moet men het wedervaren van de canterie van Ferry de Gros ten volle lezen om te begrijpen tot hoever de ondankbaarheid van kerkbesturen tegenover vroegere weldoeners, strekken kan. Nog vele canterien, en niet van de minst schoone, zijn thans van hunne oorspronkelijke bestemming afgekeerd, o.m. de kapel de Baenst - Bladelin in O.L.V., de kapel de Moor in Sint Jacobs. Wanneer? ***
Nu bouwmeester R. Cauwe in zijne studie over brugsche bouwkunst ons in een prachtig geillustreerd artikel (Sint-Lucas, IV, 4) zoo veel moois geeft over de ingangsdeuren te Brugge van af de 15de eeuw, gaat onze aandacht heel natuurlijk tot de poorten en portalen der oudere monumentale bouwkunst: St Janshospitaal, O.L.V. kerk en Kathedraal. Mocht men het eens goed meenen met de heerlijke ingangspoort op het uiteinde van den noordbeuk der hoofdkerk. Terecht klaagt men over de ietwat lompe eentoonigheid van den buitenaanblik der kerk aan die zijde. Luttel arbeid is er noodig om die wel bewaarde veertiendeeuwsche poort weder zichtbaar te maken, en dit zou niet weinig bijdragen om het stuursche uitzicht gunstig te wijzigen. ***
Het nr 710 (Vlaamsche meester, c. 1500) van de ‘National Gallery’ te Londen, geeft ons een portret van een Augustijner eremijtGa naar voetnoot(2), met op den achtergrond een merkwaardig zicht op Brugge: torens van St Salvators en van O.L.V. kerk. Het is, met het vergezicht op de | |
[pagina 80]
| |
Ste Luciatafel (1480, St Jakobs te Brugge) het fijnste kijkje op den O.L.V. toren dat we ooit ontmoetten. Daar eerst ziet men hoe de onkundige herbouwing van 1853-1858 een onzer prachtigste monumenten verminkt heeft. Mogen we hopen dat men die fout ooit herstellen zal? M.E. |
|