Biekorf. Jaargang 21(1910)– [tijdschrift] Biekorf– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende Verveling ZOO zwaar en traag als lamme winterdagen vol grauwe klammigheid en nevelkou' - als wangedrochten die elkander schragen in onafzienbre rei van brokken droevig grauw - zoo zwaar en traag nu slepen mijn gedachten, met loomen trakelgang, door somber-kouden mist van eindlooze verveling. En, gelijk bij nachte wolken soms kwamen eer het iemand wist, die, zwaar en dreigend, uren blijven huiven, verduistrend maan- en sterrelicht, en zonder dat een windgezweep ze schuiven of ook maar roeren doe: zóó hangt verveling, dicht en zwaar, in mijnen zielenhemel en sluiert er, met ondoordringbaar-grauw, de minste glansen van het kleinste lustgeschemel, en vult mijn ziel met natte en kou'. O kon ik wenschen nog, ik wenschte felle pijn, veel liever dan dit aaklig-naar gevoelloos-zijn. Arm. Van Veerdegem. Vorige Volgende