Met de hollandsche bezettingen die er kwamen krachtens het Barreel-verdrag, rezen er moeilijkheden op nopens de huwelijken van die protestantsche mannen met katholijke vrouwen van de streke, en daarom wierd de sterkte even als de overige Barreel-sterkten waar de Hollanders legerden, bij pauselijk bevel van 't jaar 1741 als hollandsch grondgebied aanzien, en wierden de huwelijken in 't verborgen gesloten, (zonder pastoor en twee getuigen) er geldig erkend.
Het doel van Vauban was niet enkel den waterweg naar de belangrijke stelling van IJper te beheerschen, maar ook moest ‘De Knocke’ eenen schakel vormen van den sterken vestingketen strekkende van Duinkerke tot Doornijk. Vauban noemde de stelling van ‘De Knocke’ eene ‘goede’.
In 1689 bedreigden de Bondgenoten (Spanje-Engeland-Holland-Oostenrijk) tegelijkertijd Duinkerke, Bergen en IJper. Vauban kreeg opdracht deze vesting te gaan verdedigen welke de Bondgenoten zouden naderen en insluiten. Het hert der deskundigen poppelde van voldoening bij de hoop dat de groote vestingbouwer zijn eigen werk zou te verdedigen hebben, doch de Bondgenoten oordeelden het wijs Vauban's verdedigingsvernuft niet te beproeven.
In 1712 viel de sterkte die dan maar weinig bezetting had, bij verrassing en verstandhouding met den hovenier in de handen der Hollanders die te Oostende lagen.
In 1713 gaan de Zuid-Nederlanden bij erfenis-verdrag tot Oostenrijk over, en wordt de streke Veurne-IJper, met ‘De Knocke’ dus, door Frankrijk terug geschonken.
In 1715 komen de Hollanders, die vriendelijk ‘De Knocke’ verlaten hadden voor de Oostenrijkers, krachtens het Barreel-verdrag de sterkte opnieuw bezetten.
In 1744, na den val van IJper, wierd ‘De Knocke’ door de Franschen beschoten, en hare 75 verdedigers gaven zich ten derden dage over.
Het verdrag van Aken liet de Hollanders weldra naar ‘De Knocke’ wederkeeren, en zij bleven er tot dat in