Guido Gezelle
Een Tijdschrift voor Vrouwen
NAAR aanleiding van wat diesaangaande in ‘Hooger Leven’ verscheen, laat ik hier dit uittreksel volgen, uit een brief van Guido Gezelle aan Dr G. Verriest:
‘Zitte met nog een blad in mijnen kop:
Anna Biins
een jaartijdbladtje voor Vlaamsche Vrouwen, (4 keers 's jaars)
voorjaartijd
zomertijd
oesttijd
najaartijd.
Prachtdruk. S. Augustin's drukkerye
Stoffe:
1o stuk biographie, b.v. Anna Bijns en andere vlaamsche vrouwen;
2o stuk oude Poëzis of proza;
3o stuk nieuwe dito proza;
4o nature blomme, symbolisme, etc.;
5o kinderkamer, raadsels, etc.;
6o genealogie, edeldom, brieven van
7o uitlandige vlaamsche vrouwen, pluksels uit Engeland, Duitschland, America, de vrouw betreffende. Geen eigentlijke (ex professo) religie etc. Nature et ce qui s'en suit. Geen abonnenten 't en zij Damen, elk 12 nos die ze afzenden aan 11 subabonnenten, die 't voor niet krijgen. Quid tibi videtur? Om 't Vl. meer eenen mond te verleenen en wie weet heringang in de vrouwelijke moederlijke herten van Vlaanderen.
ts in Xo
Guido G.’
***
In Gedichten, Gezangen en Gebeden, is het stukje Hoe vaart Gij even als menig ander, een berijmde brief. De dichter liet hem, in zijne werken niet geheel overdrukken, de tweede strophe viel weg, want op:
da 'k peize: hoe vaart gij nu?
volgde oorspronkelijk:
Als wind en wage en water stoot
Welligt en zal 'k noch mast noch iet
Meer zien van 't schuitje, en 't lied
Dat onze ziel te samen zong,
Ik zinge 't en gij zingt het ‘Mon'’!
Zoo ver van mij misschien,
En!... zal 'k u wederzien?
(Get.) Guido Gezelle
Rousselaere, O.L.V. ter Snee, A.D. 1860.
C.G.