Mengelmaren
Bijgeloof
Aflezen.
1o/ In de Panne vreezen de visschers met reden den steek van den puckelvisch (Trachinus vipera Cuv.). Om 't zwellen van den arm en de ontsteking te weren, lezen zij 't gevaar af; zoo:
Puckela puckelorum. Dominum Jesum-Christum et Spiritui Sancto. Amen. Dan maken zij den duim met speeksel nat en geven een kruiske op de wond.
2o/ De roos (érysipèlas) levert ook geen moeilijkheid op om genezen te worden. Rosa rosarum. Dominum J.C. et Spiritui Sancto. Amen. Daarbij een kruiske met speeksel als hierboven, en de zaak is geklonken.
3o/ Te Veurne is er geen latijn noodig. Alzoo leest men het verzweren af, door houtschilfers of doornen veroorzaakt: ‘Jesus van hemelrijk, gij zijt gekroond met eene doornekroone van aarderijk; 't heeft nooit gezwollen of verzwoeren, en maakt dat 't mijne nooit zwellen noch zweren en kan’. Toen als in de Panne een kruiske met speeksel.