'k Ben vol woede: want 'k heb honger:
'k roep het bedelaarsgewijze;
en mijn honger is immer jonger
dan de jongst genutte spijzen.
Is de liefde dan 't vermogen
dat 't heelal niet mag te paaien,
is ze nooit voldaan gezogen,
zal die schreeuwer eeuwig kraaien?
Schoon om de oorspronkelijkheid. De heer Hammenecker is een dichter van die Schelde van Klein-Brabant met haar innige, diepbruinige, gezonde droomerigheid, de Schelde van Courtens.
Hebt ge al bemerkt welke onuitwischbare prent die Schelde liet in de ziel van Emile Verhaeren, hoeveel zijner beelden er uit opschoten, en hoe die onvermoeibare wereld-trotter, immer aan in oogenblikken van rust terugkeert tot zijne kinderjaren wier herinnering hij trouw bewaarde gelijk men den eerste-communie kerkboek bewaart? De heer Hammenecker ligt ook onder de greep der Schelde: 't zijn al booten, water, visschers en schippers, maar schippers groot en episch, die roeien over 't water met 't gebaar van Meuniers standbeelden.
Het boek, versierd met 10 penteekeningen van A. Ost, is te krijgen bij den schrijver, collegie, Aarschoot. Die het aankoopt, durf ik innig genot verzekeren.
J.H.
BLIJDE gedachtenis van Henrietta De Plancke's eerste H. Communie, gedaan in St Gillis parochiekerk op 5en in Lentemaand 't jaar O.H. 1908.
Zoo 't bloemke voor den zonneglans
ontluikt, zoo is ontloken
uw hert vandaag, voor 't Godlijk Licht
tot nog voor hem verdoken.
O blijde morgen! laat de zon
door 't nachtlijk duister breken, en
En moge 't als een bloemke nu
aan 't bloeien gaan, aan 't kleuren,
dat rondom hem de heldere lucht
bereukwerkt met zijn geuren.
Henrietta, laat uw liedfdebloei
voor God door niets begrenzen,
noch immer door den wereldwind
uw hertebloem verslenzen.
C.G.