Biekorf. Jaargang 19
(1908)– [tijdschrift] Biekorf– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdDe KristusGa naar voetnoot(1)Ut pictura poesis.
DE bange dag krimpt weg en sluit zijn dumster oogen.
Een roodgeweende kim verlicht nog 't heilig hout
met striepen van robijn en van geklonterd goud;
'k zie Kristus, bloedend nog, het hoofd naar mij gebogen.
| |
[pagina 172]
| |
'k Bemin U Heer! Nooit vriend die wist voor mij te lijden,
en, om mijn wil hangt g' hier doorslegen en doorwond...
In 't heilig bloedgedrup kniel ik op d'harden grond;
'k strek ook de handen uit, en kom mijn smert U wijden.
Kon' maar die nagels los, dat ik u mocht omarmen...
Hij spreekt de Liefdegod: zij blijven eeuwig vast
in 't hout gespijkerd door uw schuld - en zondelast.
Hij zwijgt, en neigt mij 't lijdend hoofd, als om erbarmen,
voorover grondewaarts, met hangend haar zoo zacht.
Zoo bleef de God voor mij, in 't eenige van den nacht.
Horand |
|