Biekorf. Jaargang 17(1906)– [tijdschrift] Biekorf– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende Najaar DE winden slaan hun wilde klacht Door nevelige dagen; Er ruischen in den najaarsnacht Verwoede regenvlagen. Verduisterd is de zonneglans, De zwaluwen zijn henen; De sterren aan den hemeltrans, De bloemen zijn verdwenen. Straks zal de wreede wintertijd Met koude en droefheid komen; Reeds zijn zij al hun blaren kwijt, De schoone zomerboomen. Toch wil ik gaan met sterkte en moed Den bangen winter tegen; Want ieder lijden brengt ons goed: De winter, lentezegen. G.V. Vorige Volgende