Biekorf. Jaargang 17
(1906)– [tijdschrift] Biekorf– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdDe TeerlingenGa naar voetnoot(1)
ZE zwijgen en doodstil de drie broederwallen.
Sinds eeuwen zwijgt ook horen en klaroen,
en in den waai van 't overwassend groen
komt slechts de stem der vogelen weerschallen.
Met de eiken kroon op 't hoofd, heerscht ongeschonden
door eeuwen heen, die reuzenaardenbouw,
en zingezangt in eindeloozen rouw,
zijn heimlijk wee, dat niemand kan vermonden.
Wanneer de stormen fel zijn kruinen wringen,
dan zucht en bromt zijn steenen ingewand;
dan ruisschen om den trits der Teerelingen
de sagen van het oude Vlaanderland,
dan rijzen weer uit 't stof en vlien te wapen
en peerd en man die daar op 't kerkhof slapen.
Horand |
|