blijheid voor al wie hem van dichtbij kende, en dat, in den luimigen schalkschen monkelplooi van eenen gemakkelijken glimlach, zoo geern uitbotte.
Zijne sterke hand voerde met veel zwierigheid eene kloeke penne, desnoods scherp als een mes en snijdende als een vliem.
Zijne volle mannenstemme dreunde machtig in gesprek of gezang, en drong in zijne aanspraken diep in het herte zijner toehoorders en wekte er christen overtuiging en vlaamsche mannenkracht.
Gij allen die hem gekend hebt, bloedverwanten, oversten, medeleeraars, leerlingen, vlaamsche vrienden en kennissen, groet met mij, in hem den kloeken standvlaming!
***
Het leven en streven, het werken en schrijven van Eerweerde Heer Van Robays dient tot stichting van onze vlaamsche mannen in een boekwerk verhandeld te worden. Wie van zijne vrienden slaat er hand aan het werk om dien tempel ter nagedachtenis van onzen dierbaren Vlaming op te bouwen?
Hier weze het voldoende, ter loops eenige betrekkingen die hij met ons tijdblad gehad heeft, te vermelden.
Was Guido Gezelle de eerste ontwerper en de machtigste medewerker van ‘Biekorf’, het moet gezeid worden dat Eerw. Heer Van Robays hem in alles dapper ter zijde stond, en dat hij onder de medestichters, bijzonderlijk voor de stoffelijke inrichting, het leeuwenaandeel verdient.
Op het uiteinde van de jaren '80, was het maar deerlijk gesteld met de vlaamsche tijdschriften hier te lande, en de verstandige en geleerde Vlamingen kloegen ten allen kante over dien jammerlijken toestand.
Welhaast werden in Oost en West de koppen bijeengestoken, men zocht en zinde, men schikte en overwoog, de eene vergadering verbeidde de andere niet om toch tot eenen beteren uitslag te geraken. In al deze bijeen-