Biekorf. Jaargang 16

De wereld wil.... zijn!

HET gaat er op ons wereld al

heel wonderlijk naartoe!

We weten en we zien 't, maar doen

toch liefst onze oogen toe,

en trekken, willens blind, doorheen

dat vastenavondspel.

Wie weet of 'n is 't niet beter dit

dan waarheid of iet el?

Elk brengt u zijn genegenheid

en zweert u hou en trouw,

't en is op tien geen één, me' mensch,

dien 'k nog gelooven zou.

Elk zweert dat hij rechtzinnig is

en dat een ander liegt;

gelooft hij 't zelf, dan is 't dat hij

zijnzelven eerst bedriegt.

Want elk, zoo leert het leven ons,

elk mint zijn eigen best,

elk denkt eerst op zijn eigen ik

en op een anders lest.

Elk geeft zoolang g' hem ziende zijt

aan u zijn beste, ja -

maar 't andere blijft gespaard en 't komt

weer boven, achterna.

Wat wilt ge! dat is menschelijk.

- Komt, 'n gelooft me niet

en waant dat echte liefde nog

bij menschen overschiet.

Caes. Gezelle