Biekorf. Jaargang 13

Mingelmaren

Guido Gezelle's Duikalmanak

DEZE namelijk van 't jaar onzes Heeren 1886. gangbaar en dienstig gemaakt voor 't jaar onzes Heeren 1903, door Caesar Gezelle; zoo zullen ook beurtelings de 11 andere jaren wederom jaar voor jaar worden uitgegeven.

Hij zal niet alleen ter bate zijn van dezen die de gansche verzameling begeeren, maar van alle Vlamingen. Dag voor dag zullen ze Gods lieve Heiligen, de Vlaamsche in het bijzonder, beter leeren kennen, alsook menige kerkelijke gebruiken, de beschermheiligen der ambachten en neringen, enz..

De Vlaamsche spreuken die G. Gezelle zoo zorgvuldig opgezocht en geboekt heeft, en die zoowel onzen Vlaamschen aard laten kennen, zullen ze met veel genot en voordeel lezen of herlezen.

Mochte de Duikalmanak in alle Vlaamsche huizen binnendringen.

Hij is verkrijgbaar bij G. Van Oest, Nederlandsche boekhandel te Gent, Posthoornstraat, 16.

Wijding

VERZEN van Richard De Cneudt; uitgegeven bij Van Dishoeck, te Amsterdam, te verkrijgen bij G. Van Oest, Nederlandsche Boekhandel, Gent.

Een jonge veelbelovende Vlaamsche dichter en een fraai diepgevoeld dichtwerk, tintelend van Lentevreugd en liefdegloed; vrije en lichte verzen vol ruischend klankenspel.

Mijns dunkens, streeft de dichter nochtans wat veel de nieuwere strekkingen na: nevelachtige gedachten, onvaste woorden, ongrijpelijke beelden; iets dat men, met de oogen toe, half slapend, half droomend, in duizeling verzonken, vaak waarneemt en dat men wakker zijnde niet zien of gevoelen kan. Zijne dichtgeest is ook wat eenzijdig. En is de ware zuivere liefde iets dat door den lijdenden of

[p. 367]

genietenden nooit volsproken is, ze kan niettemin door den lezer ‘volhoord’ worden.

In het eerste deel, waar de dichter zingt van Lente - en liefdeontwaken klinkt de zinnebeeldige dichtsprake innig en eenvoudig; verder met het liefdegloeien, wordt het eene schemering van zinnebeelden als van iemand die sterlings naar de zon zou gekeken hebben.

Wat den dichter bijzonderlijk kenmerkt is de zangrijkheid en de welluidendheid zijner verzen. Richard De Cneudt is een kunstenaar.

- Maar liever, leest en geniet.

A.D.M.

Isidore Blieck. Quelques notes historiques recueillies sur l'Église paroissiale, la Cure, etc., et sur les anciennes Églises de Wervick. Comines, Paul Denys, 1902. 207 blzz.

Dit werk is in den handel niet. Enkel 200 getalmerkte afdruksels werden ervan, door boekstellers erfgenamen, in 't licht gegeven en aan kennissen toegezonden. 't Zijn losse aanteekeningen, die door den Heer Blieck, ongelukkig te vroeg gestorven, links en rechts buiten de kerkhandvesten waren bijeenverzameld en hem waarschijnlijk dienen moesten tot een volledige geschiedenis van Wervik. Jammer, laat het ons maar rechtuit zeggen, dat het hem niet is toegelaten geweest zelf de kerkhandvesten van Wervik te onderzoeken! (Zoo heeft men mij althans verzekerd!) De bezorgdheid, waarmede hij de vreemde handvestzalen heeft weten te doorsnuisteren, is borge voor 't werk dat hij dan zou geleverd hebben! Die kleingeestige weigering, nadat Zijn Heiligheid Leo XIII de Vaticaansche handvesten voor iedereen heeft opengezet, heeft waarlijk geen reden van bestaan!

't Grootste en ook verre 't belangrijkste deel van 't werk wordt toegewijd aan de aanteekeningen over de voornaamste kerk, die van den H. Medardus. Vele ongedrukte oorkonden worden er gegeven over de kerk, de herders, godsdienstige stoeten, tienden, zondagscholen, enz. enz.. 't Werk, in den vorm van geschiedenis ingericht, hadde ons dunkens beter een andere schikking gehad. Beter hadden alle ongedrukte oorkonden - er zijn er immers zooveel) in minderen druk gestaan, aan den voet van de bladzijde. De vertalingen van vele stukken hadden daar ook beter op hun plaats geweest. Op die wijze zou 't werk gewonnen hebben in duidelijkheid. Dat het ons nog toegelaten weze onze Westvlaamsche geschiedvorschers opmerkzaam te maken op de wijze van oorkonden uit te geven. Dat zij allen trachten de regels te volgen die gegeven zijn door meesters in 't vak en te lezen staan in Bulletin de la Commission royale d'histoire, 5^e série, T. IX et X.

De aanteekeningen over de Magdalenakerk en de St-Maartenskerk zijn minder oorspronkelijk en leveren ook minder belang op. Volgen eenige bijvoegsels, waaronder weer verscheidene oorkonden.

[p. 368]

Ondanks dit alles valt het niet te loochenen, dat boekstellers erfgenamen goed gedaan hebben met het werk uit te geven. Voor Wervik's geschiedenis is het onontbeerlijk! Jammer, dat het getal afdruksels zoo beperkt is!

V.A.

Karel Felu

LANGS den weg van Kortrijk naar Oudenaarde, drie kilometers over Avelghem, ligt Waarmaarde. Dat nederig dorp is de geboorteplaats van Karel-Frans Felu, een heel bekwaam schilder uit de verleden eeuw. Hij wierd den 26^sten in Zomermaand 1830 geboren; doch, gelijk de Fransche schilder Ducornet, zonder armen.

Van kindsbeen af, leerde zijn moeder, Maria Dumoulin, hem dan ook zijn voeten gebruiken met een ongeloofbare behendigheid. Later wilde zijn vader, ontvanger der belastingen, hem voor het onderwijs bestemmen; maar in den jongeling ontwaakten en groeiden hoogere droombeelden. Karel Felu ging hem ernstig toeleggen op de schilderkunst te Antwerpen, alwaar hij sedertdien verbleef. Eenige jaren later schetste hij wonderwel de meesterstukken na, en maakte allerhande beeltenissen van onloochenbare weerde. In 1874 schilderde hij te Londen in het ‘Kensington-museum’ en in de ‘National-Gallery’.

Felu, schoon van gestalte, met een vriendelijk en verstandig voorkomen, was gespraakzaam met eenieder en bezocht neerstig alle kunstliefhebbende kringen.

Van geringe fortuin, doch edel van inborst, leefde hij van hetgeen zijn schilderwerken hem opbrachten.

De eigenaardige schilder werd meer dan eens vereerd met vorstelijke aanmoediging. Telkens als Leopold II hem tegenkwam, bleef hij eenige stonden met hem kouten. In 1894 had Felu in het ‘Oud Antwerpen’ eene werkplaats; daar ging onze Koning hem bezoeken. De koningin van Spanje ook wilde den zonderlingen schilder van bij leeren kennen, en heeft hem vereerd met een Spaansch eerekruis.

Hij stierf te Antwerpen in Schrikkelmaand 1900. Het lichtbeeld van Felu is berustende o.a. bij den heer Secretaris te Waarmaarde, een vriend van den overleden schilder en aan wien wij gemelde wetensweerdigheden te danken hebben. De beeltenis stelt Felu voor, gezeten vóór een schilderstuk: met den linkervoet houdt hij het verfbord, met den rechtervoet het penseel. De schilder heeft zeer leesbaar onderaan geschreven: ‘souvenir d'amitié, Charles Felu, le 8 Mars, 1887’. Jammer, dat hij aan 't voorvaderlijk geloof verzaakt had, en, zoo zegt men ons althans, niet als een christenmensch is kunnen begraven worden.

L. Van Nieuwermeersch