In Memoriam
't Was nacht aleer de middag klaarde. Guido Gezelle, Kerkhofbl.
Beste ...........,
HOE langer hoe meer wordt in mij de overtuiging dat er eene verwantschap der dood bestaat, en dat de dood, wanneer zij aan den eenen kant ineengevlochten herten losbreekt, aan den anderen kant nieuwe banden legt, en eene zalving meebrengt voor de wonden die zij slaat, te weten: dat zij tusschen deze die zij beproeft, eene wederzijdsche genegenheid doet ontstaan. Nieuwe genegenheid en die er te voren niet was, al waren er ook andere verbindingen, zooals vriendschap, erkentenis of dergelijke vooraf bestaande. Hij spreke nu dien ik heb verloren, van deze die u werd ontnomen; hoort hoewel hij ze kende:
Voorbij is 't lijk een zonnestraal
(Guido Gezelle)
Meer heeft haar leven niet geweest voor deze die met en rond haar waren, als een bleeke zonnestraal te wintertijde, meer niet, want 't werd nacht aleer de middag klaarde. Maar voor Hem die immer ziende is wat voor ons tot den laatsten dag zal gedoken blijven, moet zij geleefd hebben ‘redimens tempus.’
waar zijt gij nog te vinden,
uw aanschijn? In der daad,
zijt gij voor goed verhuisd,