Biekorf. Jaargang 9(1898)– [tijdschrift] Biekorf– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende Rankgetopte Sperrenaalden RANKGETOPTE sperrenaalden, die in gouden morgenlucht uit den witten winternevel al uw lieve takken vlucht. Ach! hoe vreeze ik dat de oneedle duistere dampen, aan uw' voet uw zoo lieve stammen duiken voor den rooden zonnegloed! Rankgetopte sperrenaalden, die met eeuwig groen gewaad op de bleuzende ochtendkimme daar zoo schoon te striemen staat, O! en lijdt niet dat het zwarte wenteldrijvend wolkenhoofd dat het Oosten al verduistert, ook uw' boomenpracht verdooft. Rankgetopte sperrenaalden, die in 't purpergoud nu zwemt, wijl de roode morgenzonne door uw zwarte stammen klemt, [pagina 11] [p. 11] hoe en kunt gij opwaarts varen met de zonne in 't hemelsblauw! Klemt! 't gewolkte zie ik nâren en... gij schuift in 't duister grauw... Rankgetopte sperrenaalden vaartwel! tot de zonne daalt en gij weêrom op de kimming uw zoo lieve beelden maalt! o! Uw zonne slacht den engel van de zonnige poezij; 's nuchtens maar en 's navonds komt hij, voor een stonde, dicht bij mij. Horand Vorige Volgende